‘Rare jongens, die Johan Derksen’, is een zin die je zo maar in huize Knöldert vanuit de luie stoel voorbij kunt horen komen. Obelix zou die Derksen de les maar eens moeten lezen, denkt ik dan. Dat komt beter aan dan twee inhoudelijke klimaatcolleges van Jan Rotmans. Derksen blijft liever bewust onbekwaam, dat raaskalt veel makkelijker. De manier waarop Obelix zulk volk even weer met de voetjes op de grond zet, dat past me wel.
Ik ben zwaar fan van de Asterix-serie. Ik denk dat dat komt omdat de verhalen ook een echte link met onze geschiedenis heeft. In ieder album zie je bijvoorbeeld de Romeinen ten onder gaan aan hun eigen decadentie. Mijn eerste autootje was een Kadett. Op de motorkap had ik ‘dekade(n)t’ geschilderd.
Ik zie in het album ook de wijze les dat de geschiedenis zich herhaalt. Je ziet ook in ónze samenleving de meelopers die zich gaan gedragen zoals de macht dat doet. Dat je dan achter Domoor Derksen aanloopt, terwijl de allesbepalende want alles betalende John de Mol er nog een paar miljoentjes beter van wordt. Daar wil je toch vriendje van zijn?
Ons land lijkt in veel op dat rijke Romeinse Rijk. We slingeren ons van orgie naar orgie en kotsen tussendoor onze maag leeg om nóg meer te vreten en te zuipen. Bestuurders hebben zo langzamerhand geen idee meer wat er onder het volk leeft, dus stemmen we blind op iedere nieuwkomer die ons een worst voorhoudt, ook al weten we zelf ook wel dat díe ons net zo goed belazert.
In de Witte Iris staat Viceversus op als de alwetende, die de problemen van Julius wel even zal oplossen. Hierzo stonden Caroline, Pieter en Geert op. Dilan probeerde dat ook, maar die al weer van haar voetstuk geflikkerd. Dat krijg je met die vrouwonvriendelijk hoge hakken.
Ik moet nog aan De Witte Iris beginnen, maar ik voorspel dat Viceversus zijn grootspraak niet waarmaakt. Caroline, Geert en Pieter gaan dat ook niet doen. En in alle gevallen ga ik genieten van hoe ze dat mislukt. Die laatste drie gaan ten onder aan hun eigen eerzucht. Maar Viceversus gaat – weet ik zeker – ten onder aan de Galliërs, die onoverwinnelijke lui uit dat kleine dorpje dat zich niks aantrekt van de bezetter.
In aangename dromen stel ik me voor dat Salland dat kleine Nederlandse dorpje is dat zich verzet tegen het landsbestuur. Salland, met Luttenberg als hoofdstad waar ze hun eigen bard hebben en hun eigen toverdrank, hun eigen theater in het bos en waar ze volgens mij heilig geloven in een hemel die bij bliksem en donder op je hoofd kan vallen. Wij laten Eddy van Hijum infiltreren in Den Haag. De komende maanden zal uitwijzen of hij onze kant kiest of die van de vermeende eeuwige roem.
Ben jij toevallig ook fan van Asterix en Obelix? Dan moet je subiet naar de boekhandel om De Witte Iris aan te schaffen. Die past heel mooi onder de kerstboom en ook bijna zeker binnen het budget voor cadeautjes voor elkaar. Ik zelf heb hem gisteren gekocht en begin er dit weekend aan, waarbij ik plaatje voor plaatje en tekstballon na tekstballon minutieus ga ontleden, want in alles van Asterix zit een dubbele bodem.
Deze heb ik al lang binnen en al lang uit en hij is geniaal. Er staan inderdaad wat leuke uitspraken in.
Ik heb hem nu ook uit. Prachtig.
En ik heb me ook geabonneerd op de nieuwsbrief van Asterix, det mie det niet nog ’n kear mis giet.