Voortbordurend op de vorige column nog meer vette hap verhalen uit de bouw.
Mensen van de tijd
In Apeldoorn op een kazerne mochten we s middags om 13.00 uur aankloppen bij de kantine of er nog wat was overgebleven. Meestal was er zoveel over dat we het bijna niet op kregen terwijl we ons hier best wel onze best voor deden en we waren jongens van de klok, we stonden er iedere middag al wel om 12.59 uur……….
Liefhebber
Er moest in Daarle een nieuwe slagerij betegeld worden. Deze mensen hadden ook een winkel aan huis. Ook hier was het goed vertoeven. Tussen de middag werden er een stuk of wat verse worsten in de pan gegooid en verdeeld onder de bouwvakkers en de slager zelf.
Die slager had het ’t hardst nodig. Ging een eind over de 100 kg. heen. Hij nam dan ook altijd een hele worst terwijl wij het vaak met een halve moesten doen…. Soms aten we het zo op, soms aten we eerst het broodbeleg op en deden het stuk worst tussen het brood. Eenmaal thuis bij het avondeten nog een karbonade of een gehaktbal en dan kon het ook wel weer lukken.
(lees verder onder afbeelding)
Gezonde verrassing
En zo komen we weer terug op het verhaal van de palingboer in Kampen. In de jaren 70 stond hij bij het stoplicht in Kampen met paling. Als het stoplicht op rood stond kwam hij bij je aan de zijruit van de auto. Onze collega die reed bestelde een bosjes paling om zijn vrouw die avond te verrassen. Hij legde de paling tussen de voorstoelen in en eenmaal weer aan het rijden hebben we (we zaten achterin) de paling heel voorzichtig en stiekem gepakt. Behalve het ruggengraat, kop en staart hebben we alle paling opgevreten. De resten weer netjes in papier gewikkeld en terug gelegd. Denk dat onze college wel wat had uit te leggen toen hij zijn vrouw verraste met dat bosje paling.
(lees verder onder afbeelding)
Vloeibare verrassing
Als je geluk had kreeg je bij mensen thuis wel eens een traktatie. Deze mevrouw riep net voor de middagschaft naar boven of we wat lekkers wilden bij het brood. Onze gedachten gingen dan al snel naar een kroket, frikandel of nog iets groters.
Dus mien moat schreeuwt naar beneden : “Mevrouw, wie lust van ’t hele vark’n”. Dat hadden we verkeerd ingeschat. Het ging om een kop koffie bij het brood….(Koffie kuij thuus ok wel krieg’n)…..
(lees verder onder afbeelding)
Kazerne Amersfoort
Om 09.00 uur en 12.30 uur de normale schaft. Maar tegen 11.00 uur kwam er op deze kazerne een grote rijdende cafetaria. Toen nog met de wijsheid dat alles lekkerder was als brood maakten we hier dankbaar gebruik van. Met de schaft van 09.00 uur hielden we er al rekening mee en at je het meeste brood al op en met de schaft van 12.30 uur was je al verzadigd.
Als ie om 14.30 uur nog weer was terug gekomen, hadden we nog wel weer wat gehaald. We hadden het slecht in die jaren en zagen er slecht uit….
Oud collega
Een verwarmde rookworst vooral in de winter was zoals ook al in de vorige column gezegd is en was een traktatie. Een collega die helaas al ruim 30 jaar niet meer onder ons is, maar wel heel veel net als ons van het bourgondisch leven hield. En ook mede daarom zijn we hem nooit vergeten.
Als iemand een stuk vlees in de broodtrommel had zitten en vertelde dat het overgebleven was van het vorige avondeten was meestal zijn reactie : ” Ik heb nooit iets in de broodtrommel, bie oons blif ok nooit wat over.”
Als we in een vleesfabriek aan het werk waren nam hij geen brood mee. Er was altijd wel meerdere malen op meerdere plekken per dag een stuk worst te krijgen.
(lees verder onder afbeelding)
Fanaat
In de winter periode hadden we een dompelaar bij ons voor warm water. Dan kregen we bij het afsponsen van de tegels geen koude handen. Maar onze collega wist dat je er meer mee kon opwarmen. Geregeld in de winter kwam hij bij ons lopen of we even gingen lappen (Geld bijeen verzamelen) om even een rookworst(en) uit een supermarkt te halen. Kiek en daar was een dompelaar een uitkomst om deze op te warmen. Soms ging hij zelf wat halen en in Zwolle had hij niet goed gekeken en stopte leverworst in de emmer met heet water. Leverworst in heet water is na een tijd net of je in de pot kijkt die nog niet is door gespoeld.
Bekend duo
De helft van het duo “Tone en Tone”’ was vooral jaren geleden een lange slanke man. Aan één broodtrommel met brood per dag had hij lang genoeg. En tegen de vette hap zei hij ook nooit geen nee.
Als je hem vroeg waarom hij zo slank bleef was voortdurend zijn reactie : “Ik heb 2 lintwormen, als de één slaapt eet de ander”….
