Maar ook de vrachtauto en het vliegtuig op waterstof zijn kansloos. Je tankt in vijf minuten, en er komt alleen water uit de uitlaat, zeggen ze om waterstof te propageren. Maar de nadelen worden nooit genoemd. Nadelen die zo ernstig zijn, dat vervoer op waterstof onzinnig is.
Waterstof in Salland
Een auto op waterstof zullen we hier in Salland niet snel zien. Vooral omdat je niet dichterbij dan in Arnhem kunt tanken. Emmen heeft ook wel een waterstof tankstation, maar die haalt niet de nodige druk van 700 atmosfeer. Daardoor krijg je de tank maar halfvol, waardoor het rijbereik halveert naar 300 km. Niet de moeite, omdat je voor tanken dan alleen al 150 km (heen-en-terug) moet rijden.
Drie nadelen van waterstof: duur, volumineus en gevaarlijk
Waterstof is een gas, dat in de natuur haast niet voorkomt. Het moet gemaakt worden uit water of aardgas, via een proces dat veel (elektrische) energie kost. Dat maakt waterstof heel duur, vele malen duurder dan de benzine, diesel of kerosine (vliegtuigbrandstof) die we nu gebruiken.
Maar dat is niet het enige. Waterstof is een heel licht gas, maar neemt een enorm volume in. Daarom moet je het heel sterk samenpersen, om het kunnen vervoeren. Zelfs als je het 700 keer samenperst (dus tot 700 atmosfeer) neemt het nog 4,5 keer zoveel volume in als je aan benzine, diesel of kerosine nodig hebt. En dit nog zonder het tank-omhulsel, die de hoge druk aan moet kunnen.
Een derde nadeel zit in de veiligheid. Waterstof ontploft heel gemakkelijk, bijvoorbeeld wel tien keer zo snel als aardgas, en omdat het een heel dun gas is lekt het door van alles heen, zelfs door ijzer. Ook de hoge druk is heel gevaarlijk, zeker bij een voertuig dat in een botsing verzeild kan raken.
(tekst loopt door onder afbeelding)
Auto op waterstof
De Toyota Mirai is de bekendste auto op waterstof. Niet dat je ze vaak ziet: er zijn er in acht jaar maar 182 van verkocht in Nederland, een marktaandeel van 0,002 procent. De Mirai is knap duur (vanaf € 78.000); veel duurder dan een vergelijkbare elektrische auto (bijv. de Tesla vanaf € 43.000).
De Mirai heeft drie grote tanks met waterstofgas onder 700 atmosfeer druk. En een brandstofcel (die het waterstofgas in elektrische stroom omzet), een lithium accu (om de stroom op te slaan), en een elektromotor die de achterwielen aandrijft. Al die techniek vraagt veel volume waardoor je achterin haast geen bagageruimte hebt en een grote kast voor de tank tussen de voorstoelen. Zie de figuur.
Vrachtauto op waterstof
Gek genoeg promoten Shell, Toyota, e.a. nog steeds auto’s op waterstof, terwijl dit toch echt onzin is gebleken. Maar nu leggen ze het accent vooral op de promotie van de “vrachtauto op waterstof”.
Miljarden aan Europees belastinggeld gaat naar de ontwikkeling ervan, en naar een keten van waterstof-tankstations langs de snelwegen. Weggegooid geld, want ook de vrachtauto’s worden elektrisch. Ondernemers weten dat, want bij de laatste “Duurzame Energie” subsidieronde was er geen enkele aanvraag voor een waterstoftruck (maar wel 1600 aanvragen voor elektrische trucks).
Vrachtauto-leveranciers Scania en MAN (eigendom van VW) hebben aangegeven geen toekomst in waterstof te zien en maken alleen elektrische vrachtwagens. Veel andere truckfabrikanten zijn nog niet zo ver, en kunnen de verlokking van miljarden aan waterstof-subsidies niet weerstaan. Maar er is geen markt voor deze trucks zodra de subsidie stopt. En ze de kostprijs van waterstof moeten betalen, hierover later meer.
Vliegtuig op waterstof
Miljarden aan subsidies gaat ook naar de vliegtuigindustrie voor de ontwikkeling van een “vliegtuig op waterstof”. Ook dit gaat geen succes worden. Waterstof neemt 4 a 5 keer zoveel volume in als kerosine. En terwijl nu de vliegtuigbrandstof in de vleugels zit, gaat dat niet lukken met waterstof. De druk is veel te hoog en er zijn sterke drukvaten voor nodig die niet in de vleugel passen. Lege vleugels en grote drukvaten in de romp maken dat er weinig passagiers meekunnen. Hoe moet dat dan wel? De oplossing ligt in biobrandstof, synthetische kerosine en misschien voor de korte afstand elektrische vliegtuigen (met batterijen in de vleugels).
Energieverlies waterstof
Wat de meeste mensen niet beseffen is dat op dit moment maar 20% van het energiegebruik in Nederland elektrisch is, en 80% fossiel. Zodat het een enorme opgave is om voor 2050 op volledig duurzame energie over te gaan. Gelukkig hoeft er niet vier keer zoveel elektriciteit bij te komen. Dat komt omdat elektrische stroom veel meer waard is dan fossiele brandstof. Denk aan al die auto’s met een verbrandingsmotor die een rendement van 25 procent hebben en dus 75 procent verlies kennen. Terwijl een elektromotor hoogstens 5 procent verlies heeft. Of denk aan de elektrische warmtepomp die een rendement van 400 procent heeft (doordat die warmtepomp 300 procent extra warmte uit de omgevingslucht haalt).
Het zou heel dom zijn als we ons vervoer op waterstof zouden laten lopen. Zelfs al is het “Groene waterstof”, dat is waterstof gemaakt met elektriciteit van windmolens en zonnepanelen. Want bij dat waterstof maken heb je 25 procent verlies, het samenpersen tot 700 atmosfeer kost ook 5 procent, en de brandstofcel van bijv. de Toyota Mirai heeft ook nog 50 procent verlies. Zodat je, alles bij elkaar maar een fractie van de energie overhoudt om de wielen rond te laten draaien. Vergelijk dat met een elektrische auto die alleen wat verlies heeft bij het laden en bij de elektromotor (samen 10 procent).
Rol van de oliemaatschappijen
Op dit moment is waterstof nog lang niet “groen” en wordt 95 procent van de waterstof gemaakt uit aardolie; iets wat veel energie kost (ca. 25 procent). Waardoor de Toyota op waterstof – met zijn lage rendement – alles bij elkaar geteld, meer aardolie nodig heeft dan zijn collega-Toyota op benzine.
Maar oliemaatschappijen hebben nog een veel grotere troef: Ze hebben 1,8 miljard euro Europese subsidie binnengehaald om bij het maken van waterstof uit aardolie de CO2 af te vangen en in oude olievelden te pompen. Dit afvangen vraagt zo’n 40 procent extra energie, waarvoor natuurlijk extra aardolie nodig is. Ondertussen promoten ze waterstof in plaats van elektrisch vervoer, ook al weten ze best dat dat geen kans maakt. Zo kunnen ze deze concurrentie zo veel mogelijk dwars zitten en door blijven gaan met de verkoop van olieproducten. Met gigantische winsten voor de aandeelhouders en misleiding van de consument en politiek, doen ze ondertussen in feite niets aan de CO2 uitstoot. Waardoor de opwarming van de aarde steeds verder doorgaat en het voor miljoenen mensen op termijn onleefbaar zal worden.
Denemarken telt 7 waterstof tankstations. Men claimt daarmee landelijke dekking te hebben.
(zie bijv.: https://www.glpautogas.info/nl/waterstof-tankstations-denemarken.html )
Deze zijn van het bedrijf Everfuel. Vandaag (14 september 2023) is besloten deze allemaal te sluiten.
Zie: https://www.h2-view.com/story/everfuel-to-close-unprofitable-hydrogen-refuelling-stations-to-refocus-on-production/
Met daarin o.a. de volgende uitspraken:
De Deense groene waterstofspeler Everfuel heeft onthuld dat het zijn ‘onrendabele’ oude waterstoftankstations voor auto’s zal ontmantelen . . .
“Daarom zullen we ons stationsnetwerk herstructureren, inclusief het weglaten van onrendabele tankstations die worden gebruikt voor het tanken van auto’s. . . ”
“Onze excuses voor het ongemak dat dit voor klanten en medewerkers met zich meebrengt, maar we kunnen openbaar waterstoftanken niet blijven subsidiëren.”