Wethouder Olthof in de VVD-podcast “De stem van Olst-Wijhe”: “Ik vind het dan toch altijd wel heel verdrietig om te merken dat Rijkswaterstaat gewoon zegt van hartelijk dank voor al uw wensen, maar we gaan er niks mee doen.”
Verdrietig…. Dat woord bleef hangen toen ik de podcast luisterde. De wethouder vindt het “verdrietig” dat inwoners van ‘t Kortrick niet gehoord worden. Hij vindt het “jammer” dat er “niet heel veel rekening mee gehouden” is. Hij maakt zich “zorgen” dat we bomen belangrijker vinden dan inwoners.
Maar weet je wat ik verdrietig vind? Dat een wethouder “verdrietig” is, maar niet boos. Niet strijdbaar. Niet vechtend voor zijn inwoners. Gewoon.…. verdrietig.
Want als je buurman z’n huis in de brand steekt, en jij hebt de sleutel van de brandkraan, dan zeg je ook niet “ik vind het verdrietig dat die brand nog steeds brandt.” Dan draai je die kraan gewoon open.
Maar zo werkt het niet in Olst-Wijhe. Hier wachten we eerst netjes af. Kijken wat de waterschap zegt. Wat de provincie vindt. En pas als 155 mensen zelf in opstand komen, dan denken we: ach, misschien moeten we toch ook wat zeggen.
Naast onze inwoners staan
In diezelfde podcast zegt de dhr. Olthof het ook nog eens: “Het enige wat we kunnen doen is naast onze inwoners staan en kijken hoe we hen op een goede manier kunnen faciliteren.” Mooi gezegd. Maar laten we eens kijken hoe dat “naast onze inwoners staan” er in de praktijk uitzag en ziet.
In het begin was het helder. Gaat de gemeente in bezwaar tegen de plannen? Nee. Stond gewoon op de website. De gemeente wilde liever overleggen. Geen zienswijze. Dat is geen “naast je inwoners staan.” Dat is keurig achteraan in de rij blijven staan en hopen dat iemand anders het oplost.
Totdat de hele buurt in rep en roer was. Totdat park ‘t Kortrick plat ging. Totdat bleek dat 929 bomen in onze gemeente gekapt worden. Totdat bewoners zelf massaal zienswijzen gingen schrijven, omdat ze zich aan hun lot overgelaten voelden.
Toen kwam de ommezwaai. December 2024, een raadsbrede motie en plots dient het college wel een zienswijze in. Wethouder Olthof: “Dit is een gebaar naar IJsselwerken en naar onze inwoners.”
Een gebaar… Mooi woord. Maar inwoners hebben geen gebaren nodig. Ze hebben een gemeente nodig die vanaf dag één naast ze staat. Niet één die pas komt opdagen als het huis al half is afgebrand.
We hebben geen zeggenschap
In de podcast legt Olthof uit waarom de gemeente weinig kan doen. “Hebben wij als gemeente daar dan nog een rol in? Hebben we daar nog zeggenschap over? Nee, het is niet ons project”. “Nee, dat hebben we niet.” Klinkt logisch. Klinkt als een wethouder die machteloos staat. Klinkt als “we willen wel, maar het mag niet.”
Maar wacht even….. Laten we eens kijken wat andere gemeenten deden die ook “geen zeggenschap” hadden.
Gemeente Tiel, Waaldijk-versterking. Ook geen formele zeggenschap. Weten ze wat ze deden? Een formele overeenkomst met het waterschap voor gezamenlijke uitvoering. Wethouder Spil noemde het “een succesformule.” Het resultaat? Bewoners verklaarden later dat het werk “geheel ogenschijnlijk aan iedereen onopgemerkt voorbij is gegaan.”
Gemeente West Betuwe bij 45 kilometer Waaldijk? Ook geen zeggenschap. Maar wel een delicate projectleider benoemd. Iemand die er acht jaar lang bovenop zat. Die actief in de ambtelijke werkgroep zat. Die zorgde voor het “Gastvrije Waaldijk”-initiatief met substantiële mee koppel kansen.
Gemeente Zwolle bij Holtenbroek? Ook geen zeggenschap. Maar wel partnership met Travers Welzijn om moeilijk bereikbare doelgroepen te betrekken. Opbouwwerkers, festival-achtige participatie, een mobiele informatiewagen op winkelpleinen. Creativiteit en lef.
Zie je het patroon? Al die gemeenten hadden “geen zeggenschap.” Maar ze zeiden niet “nou ja, dan kunnen we niks.” Ze zeiden: “Oké, we kunnen niet beslissen, maar we kunnen verdomd goed naast onze inwoners staan en ervoor zorgen dat hun stem keihard gehoord wordt.”
En Olst-Wijhe…..? Wij bleven “constructief overleggen.” Totdat 155 inwoners het zelf maar gingen doen.
Ze hebben echt geen rare wens
Terug naar de podcast. Dhr. Olthof over de inwoners van ‘t Kortrick en de dijkverzwaring: “Ze hebben echt geen rare wens.”
Precies. Geen rare wens. Gewoon: graag niet acht jaar lang ons erf kapot laten rijden. Graag niet onze karakteristieke bomen kappen voor een bypass. Graag niet onze vijver dempen die juist was aangelegd om water op te vangen. Graag niet leven met trillingen die funderingsschade kunnen veroorzaken.
Geen rare wensen. Logische wensen van mensen die hun huis en hun leefomgeving waarderen. En dan zegt dhr. Olthof iets dat recht in de roos is: “Dan maken we wel eens zorgen dat we de bomen belangrijker vinden dan onze inwoners.” Bingo…. Eindelijk. Iemand die het hardop zegt.
Maar als je dat erkent, baron wethouder Olthof, waarom heb je dan niet veel harder gevochten? Als jij ziet dat het systeem scheef zit, dat Natura 2000-regels en stikstofberekeningen zwaarder wegen dan de zorgen van Emil Hagoort bij ‘t Kortrick, waarom pak je dan niet de telefoon naar je collega-wethouders in Tiel en West Betuwe om te vragen: “Hoe hebben jullie dit opgelost?”
Erkennen dat het niet goed gaat is stap één. Maar stap twee is: er iets aan doen.
De N337: de gemiste kans
Het kernverzoek van de gemeente was helder: gebruik de N337 als werk weg in plaats van acht jaar lang zwaar verkeer door tuinen en over particuliere percelen te jagen. De provincie zei nee. Stikstof. Verkeerschaos. Wegonderhoud dat toch al gepland stond.
Maar hier komt het: die overlap tussen N337-onderhoud en dijkversterking? Dat is geen natuurramp. Dat is falend bestuur. Dat is twee overheden die niet met elkaar praten totdat het te laat is. En dan wordt die falende planning gebruikt als argument om inwoners acht jaar lang op te zadelen met herrie, stof, trillingen en vrachtwagens door hun achtertuin.
De gemeente had jaren geleden aan de bel moeten trekken. Had samen met de provincie en het waterschap rond de tafel moeten zitten. Had moeten zeggen: “Als jullie allebei tegelijk onze inwoners overlast gaan aandoen, dan zoeken we samen een oplossing.”
Maar dat gebeurde niet. En nu wordt het argument “de N337 kan niet” gebruikt om inwoners te vertellen dat ze het maar moeten accepteren.
Watertransport: waarom niet?
Bij Tiel-Waardenburg deden ze het. Massaal materiaal over water. Duizenden vrachtwagens minder. 1.190 ton CO₂-reductie per jaar. Vrijwel geen klachten.
Gerrit van der Streek stelde het voor: twee loswallen in de IJssel. Logisch, effectief, bewezen succesvol elders.
De gemeente had moeten zeggen: “Waterschap, provincie, hier ligt een alternatief dat elders werkt. Onderzoek het.”
Maar wacht. Voor parkeerplekken in de Langstraat Wijhe laten we wel een bureau komen. Voor het centrum hebben we BDRG. Voor demografie Tellers & Benoemers. Maar voor een alternatief dat 155 gezinnen acht jaar overlast kan besparen? Daarvoor is blijkbaar geen onderzoeksbudget beschikbaar van dit college VVD Olst-Wijhe, CDA Olst-Wijhe en Gemeente Belangen Olst-Wijhe.
In plaats daarvan: stilte……. Het voorstel “kreeg geen zichtbaar gevolg in de plannen.” Zo gaat dat als je afwacht in plaats van vooroploopt.
Geen delicate projectleider
Acht jaar duurt dit project. Acht jaar. West Betuwe had Noortje Breij voor 45 kilometer Waaldijk. Iemand die er fulltime bovenop zat. Die structureel in alle overleggen zat. Die bewonerssignalen bundelde. Die technische expertise ontwikkelde.
Olst-Wijhe? Geen delicate projectleider. Gewone ambtenaren die het erbij doen. Wethouders die incidenteel iets zeggen. Dat is vragen om problemen.
En nu? Nu zijn we 2025, het project start januari 2026, en nog steeds geen projectleider. Nog steeds geen professionele, lange-termijn coördinatie opgezet. Nog steeds de houding van “we zien wel.”
Misschien ligt hier juist een win-winsituatie: koppel de dorpsverbinder aan dit project, laat die brug slaan tussen bewoners, ambtenaren en uitvoering. De raad sprak op 13 oktober over de tijdelijke inzet van een dorpsverbinder voor Boskamp en Wesepe, bedoeld om gemeenschapskracht en samenwerking te versterken. Het is maar een idee van de Sallandse Geus — maar het zou zomaar de creatieve kracht van Olst-Wijhe kunnen laten zien.
Dijkdenkers-gemiste kans
Het mooiste is nog wel dit: het waterschap paste bij een eerder traject het “dijkdenkers-model” toe. Honderd bewoners die vanaf de verkenningsfase meedachten. Resultaat? Hoge tevredenheid, minimale overlast, oplossingen waar het waterschap “zelf niet aan gedacht had.”
Dat was bij hetzelfde waterschap. Dezelfde rivier. Vergelijkbare context. Het werkte.
En toen kwam de uitvoeringsfase voor Olst-Zwolle. Raad eens? Geen dijkdenkers-model. Terug naar oudhollands polderen: eerst alles besluiten, dan pas vertellen.
Had de gemeente moeten zeggen: “Waterschap, jullie eigen model werkte fantastisch. Waarom doen we dat nu niet?” Maar dat vroeg lef. En visie. En het besef dat je als gemeente niet alleen moet reageren, maar ook moet initiëren.
Menselijke maat
Gemeente Olst-Wijhe verwoordde het zelf: “Bewoners missen de menselijke maat en direct contact over hun situatie.”
Precies…. En wie moet daarvoor zorgen? Het waterschap heeft technische expertise en juridische bevoegdheden. De provincie heeft toezicht en stikstofbudgetten. Maar de gemeente? Die zou dichtbij moeten staan. Die zou moeten zorgen dat Emil Hagoort bij ‘t Kortrick niet alleen staat met z’n zorgen over trillingen en funderingsschade. Die zou moeten zorgen dat de buurtschap Herxen niet alleen moet vechten voor verkeersveiligheid.
Menselijke maat betekent: op tijd een keukentafelgesprek. Een ambtenaar die langskomt. Een projectleider die je nummer heeft en terugbelt. Onafhankelijke expertise beschikbaar stellen als bewoners twijfelen aan schadebeoordelingen. Een welzijnspartner inschakelen voor ouderen die de technische stukken niet begrijpen.
Dat zijn geen luxezaken. Dat is basiszorg voor je inwoners als ze acht jaar lang overlast moeten verduren voor een project dat ze niet hebben gevraagd maar wel nodig is.
Realisatieovereenkomst: te weinig, te laat
Op 16 september 2025 tekende de gemeente een realisatieovereenkomst voor vier verbeterprojecten. Fietspadverbreding hier, een afrit daar. Goed dat het er is. Maar kijk eens naar wat West Betuwe of Tiel bereikten: grootschalige herinrichting, recreatieve upgrades, “Gastvrije Waaldijk”-niveau. Vier fietspaadjes is geen ambitie. Dat is het minimum.
En vooral: het kwam laat. Veel gemeenten hadden al in de verkenningsfase mee koppel kansen geïdentificeerd en cofinanciering geregeld. Wij deden het pas toen het Projectbesluit bijna goedgekeurd was. Dit is ons college anno 2025 in Olst-Wijhe……..laat het even op u inwerken.
Wat nu?
Het Projectbesluit is goedgekeurd. Het project gaat door. Dat is goed, want we willen droge voeten. Maar de manier waarop het gebeurt, daar kan nog alles aan veranderen.
Gemeente Olst-Wijhe heeft nog acht jaar om te bewijzen dat het ook anders kan. Hier is wat er moet gebeuren volgens de Sallandse Geus:
Direct:
- Benoem een delicate dijkversterking-projectleider. Fulltime, acht jaar, professioneel. Of koppel die aan de dorpsverbinder waar de raad op 13 oktober over sprak — de functie die juist bedoeld is om gemeenschapskracht en samenwerking in Boskamp en Wesepe te versterken. Zo ontstaat een team dat zowel technisch sterk als lokaal verankerd is. Dat is pas een win-winsituatie.
- Richt een gemeentelijk meldpunt in met logboek voor overlastmeldingen.
- Schakel een welzijnspartner in voor ondersteuning kwetsbare bewoners.
- Bied onafhankelijke bouwkundige expertise aan bewoners in zwaar getroffen gebieden.
Dit jaar:
- Laat een onafhankelijk bureau een watertransport-businesscase ontwikkelen voor latere projectfases.
- Eis van het waterschap dat het dijkdenkers-model wordt toegepast per deeltraject.
- Monitor actief de schaderegeling en zorg voor meditatiën bij geschillen.
De komende jaren:
- Wekelijks contact met bewoners in actieve bouwzones.
- Maandelijks evaluatieoverleg met waterschap en provincie over naleving afspraken.
- Jaarlijks inwonerspanel om te meten hoe het écht gaat.
De Sallandse Geus onthoudt
Laten we terugkomen op waar we begonnen. Wethouder Olthof in de podcast: verdrietig, jammer, zorgen. Hij erkent alles. Hij ziet het. Hij begrijpt het.
Maar erkennen is geen besturen.
“Verdrietig vinden” dat Rijkswaterstaat niks doet met inwoners-wensen, is geen actie. “Jammer vinden” dat er niet geluisterd wordt, is geen daad. “Zorgen maken” dat bomen belangrijker zijn dan mensen, is geen beleid.
We hebben gezien hoe het ging. Eerst geen zienswijze willen indienen. Pas reageren als 155 inwoners zelf in opstand komen. Gebaren maken in plaats van leiding nemen. Bescheiden fietspadjes in plaats van stevige mee koppel kansen. Geen projectleider terwijl andere gemeenten dat wel deden.
En ondertussen in de podcast vertellen dat je “naast je inwoners staat.” Dat je het “verdrietig” vindt. Dat inwoners “echt geen rare wens” hebben.
Wethouder, met alle respect: je staat niet naast je inwoners als je eerst geen zienswijze wilde indienen. Je faciliteert niet als je geen delicate projectleider benoemt. Je bent niet strijdbaar als je alleen maar “verdrietig” bent.
Dat is geen gemeentebestuur. Dat is gemeente meeleef bestuur.
En weet je, misschien denken wethouder Baron Hans Olthof en wethouder Koning Marcel Blind dat we dat vergeten zijn tegen de tijd dat de verkiezingen komen in maart 2026. Misschien denken ze dat een verdrietige podcast-uitzending genoeg is. Misschien denken ze dat inwoners alleen onthouden wat er gezegd wordt, niet wat er gedaan wordt.
Maar de Sallandse Geus vergeet niet.
We onthouden dat jullie het “verdrietig” vonden, maar pas in actie kwamen na 155 zienswijzen. We onthouden dat jullie zeiden “naast inwoners te staan”, maar eerst geen zienswijze wilden indienen. We onthouden dat jullie erkenden dat “bomen belangrijker lijken dan mensen”, maar daar niets structureels tegen deden. We onthouden dat andere gemeenten veel actiever waren. We onthouden dat watertransport nooit serieus is onderzocht. We onthouden dat er nog steeds geen delicate projectleider is.
En als de trillingen beginnen bij ‘t Kortrick, als het verkeer door Herxen dendert, als de bomen liggen en de overlast begint? Dan onthouden we ook wie er aan de lat stond. En vooral: wie er alleen maar “verdrietig” was in plaats van vechtend.
Acht jaar duurt dit project. Acht jaar om te laten zien dat woorden daden kunnen worden. Acht jaar om te bewijzen dat “naast inwoners staan” meer is dan een mooie uitspraak in een podcast.
De Sallandse Geus kijkt toe. En onthoudt.
En als ‘t nodig is? Dan zeggen wie ‘t hardop.
Want “verdrietig vinden” is geen bestuur. Handelen wel.
Platform De Sallandse Geus






