Terug bij de oliebollenkraam viel me op dat er wel erg veel politie-auto’s en politie-agenten waren vlakbij de plek waar ik de auto had neergezet. Ik vroeg aan de oliebollenverkoper of er iets gebeurd was. Ja, er was nét daarvoor iemand overreden door de grote vrachtwagen die daar spullen kwam lossen. Hij was achteruit gereden en daar had iemand op de grond gelegen, die gevallen was. Daarom hadden die alarmgeluiden, die een auto maakt als hij achteruit rijdt, niet geholpen. En de vrachtwagenchauffeur kan het niet hebben opgemerkt, hij kon eenvoudig niet achter de auto zien wat daar gebeurde. En de rest wil je niet weten zei de oliebollenverkoper. Als het zo was gegaan als de oliebollenverkoper vertelde, dan kon niemand hier iets aan doen.
(Van de redactie: inmiddels weten we dat de toedracht van het ongeval anders is dan Leonieke van de oliebollenverkoper hoorde. We willen ook nadrukkelijk toevoegen dat deze opinie niet tegen de vrachtwagenchauffeur gericht is. In tegendeel: we wensen ook hem sterkte in het verwerken van het desastreuse ongeval.
Het opiniestuk werpt de vraag op of we vanuit verkeersveiligheid dergelijk grote vrachtwagens in het centrum van een dorp moeten willen. De schrijfster begint die discussie vanuit haar mening dat je moet zoeken naar alternatieven.)
Veel te grote vrachtwagens in het centrum
Als we met z’n allen accepteren dat steeds grotere vrachtwagens in kleine plaatsen of in kleine straatjes moeten manoeuvreren om zo dicht mogelijk bij een winkel te komen, zullen dit soort ongelukken blijven gebeuren. Op een afstand ziet zo’n plek met door elkaar krioelende fietsers, winkelende mensen met winkelwagentjes, moeders en vaders met kinderen, met honden enz. er naast zo’n vrachtwagen uit als een beeld van een reus tussen dwergen, die maar moeten zien hoe ze de reus weten te ontwijken. De naam van de winkel is dan heel toepasselijk. Andere aanwezigen weten te melden, dat je altijd goed om je heen moet kijken als je op het stuk weg voor de winkel komt. Of kun je dan zeggen: hoort zo’n enorme vrachtwagen hier wel thuis? Ook in Wijhe en eigenlijk overal is hetzelfde beeld: enorme vrachtwagens die hun auto op de cm nauwkeurig weten te parkeren. Ik vind het enorm knap, maar ik word er al moe van als ik ernaar kijk. En dan moet je als chauffeur ook nog uitkijken naar al die krioelende mensen rond de auto.
Moeten we accepteren, dat deze vrachtwagens steeds groter worden en steeds sneller moeten werken opdat onze koekjes, pakken melk en boter en diepvriespizza’s 5 cent goedkoper kunnen?
Veel te grote trekkers op het platteland
En niet alleen in de bebouwde kom speelt dit. Op de kleinere weggetjes buitenaf is het minstens zo erg, zoals daar steeds grotere en snellere trekkers met steeds grotere en ook bredere aanhangers en andere apparatuur overheen denderen. Er zijn zulke brede voertuigen bij, dat ze aan beide kanten buiten het wegdek steken met hun wielen. Wie stuurt daar z’n kinderen nog met de fiets naar school? Waarschijnlijk zeggen overheden: maar er gebeuren niet nog meer ongelukken, dus er is niets aan de hand. Wat dan weer geen wonder is, want er durven steeds minder mensen en zeker kinderen over de weggetjes te fietsen. Dus wordt er door deze trekkers gereden of ze de enige weggebruikers zijn.
Maar “gelukkig” geven de loonwerkers af en toe voorlichting aan kleine kinderen op school, hoe zij voorzichtig op de weg moeten omgaan met al die trekkers. Of omgekeerd ooit aan de orde komt, weet ik niet. Mij overkomt het regelmatig dat ik met mijn auto met alle 4 wielen de kant in vlieg waarna een trekker + apparatuur zo dicht langs me heen dendert, dat ik blij ben dat mijn spiegel er nog aan zit. En ik vraag me af, of de bestuurder mij heeft gezien, want die kijkt niet op of om en wijkt geen cm af van zijn route.
Ik wens de betrokkenen van het ongeluk bij de Jumbo veel sterkte.