Wie denkt aan onkruidbestrijding, ziet vaak meteen de spuit in beeld: liters glyfosaat of andere chemische middelen die akkers “schoon” moeten houden. Maar die manier van werken is steeds moeilijker vol te houden. Niet alleen omdat de politiek steeds kritischer kijkt naar landbouwgif, ook omdat boeren zelf zien dat hun gewassen er niet gezonder van worden. Bovendien: gif doodt niet alleen onkruid, maar alles eromheen – ecocide, massamoord in de natuur. Boeren zelf worden er trouwens ook ziek van. Landbouw tast het immuunsysteem aan. Je krijgt er – hoogstwaarschijnlijk – parkinson van. In Frankrijk is dat al een beroepsziekte.
Gelukkig staan de technieken om onkruid mechanisch te lijf te gaan niet stil. Ze maken het steeds eenvoudiger om biologisch te boeren, en daarmee gezonder voor de boer, de bodem en uiteindelijk de mens.
De revolutie van de eg
De eg was vroeger een ‘lompe’ machine waarmee een bodem egt. Die is inmiddels door ontwikkeld tot een ‘fijnzinnig’ werkend apparaat, dat ook bij oneffenheden in het land altijd op dezelfde diepte (heel ondoep) door de grond gaat. Daardoor kun je uiterst precies werken, zonder dat het gewas zelf beschadigd raakt.
Het geheim zit in het juiste moment van gebruik: nog vóór het gewas boven de grond komt, trek je de eerste kiemdraadjes van het onkruid los. Een tweede ronde volgt zodra de gewassen net zichtbaar zijn, precies op het moment dat het onkruid nog het kwetsbaarst is. Wie die timing onder de knie heeft, houdt de akker vrijwel schoon zonder ook maar een druppel gif.
Hoe het werkt
-
Mechanische aanpak: de tanden van de eg trekken heel oppervlakkig door de grond en verstoren zo de bovenste millimeters aarde.
-
Kwetsbaar moment: onkruid kiemt vaak nét iets eerder of sneller dan het gewas. In het kiemstadium hebben de plantjes nog een heel dun worteltje (het “kiemdradje”). Als de eg dat lostrekt, droogt het meteen uit en sterft af.
-
Constante veerdruk: ook op heuveltjes of in kuilen. Daardoor worden overal evenveel kiemworteltjes losgetrokken, zonder dat het gewas beschadigt.
-
Herhaling: in de eerste weken ga je meerdere keren met de eg over het veld. Zodra het gewas groter en sterker wordt, kan het meer hebben en groeit het door, terwijl het onkruid telkens opnieuw wordt weggehaald.
Waarom geen menskracht nodig is
Bij handmatig wieden moet je plantje voor plantje het onkruid uittrekken. De eg doet dit in bulk, automatisch, over het hele veld tegelijk. Een tractor met eg rijdt eroverheen en behandelt in korte tijd tientallen hectares. Het verschil zit dus niet in herkennen (zoals robots doen), maar in slim gebruikmaken van het groeiverschil tussen gewas en onkruid.
Steeds lichter, preciezer en veelzijdiger
In de loop der jaren zijn de machines verfijnder geworden. Er zijn tientallen modellen, van kleine eggen van minder dan een meter tot kolossen van 29 meter breed. Zelfs voor boomgaarden en plantenkwekers bestaan er speciale uitvoeringen.
Daarmee is mechanisch wieden niet langer een trucje voor een paar biologische pioniers, maar een serieuze optie voor veel boeren. Ook in de gangbare landbouw neemt het gebruik toe – vaak omdat chemie niet meer mag of omdat boeren merken dat hun gewassen er beter bij gedijen.
Robots en lasers in opkomst
Naast de eg komen er steeds meer innovatieve technieken bij. Robots die met camera’s onkruid herkennen en met een pincet, schoffel, hitte of laser te lijf gaan. Het klinkt futuristisch, maar in de praktijk rijden ze al op proefvelden. De capaciteit is nog beperkt, maar de richting is duidelijk: ook hightech werktuig kan helpen om zonder gif te boeren.
Toch blijft volgens kenners een eg onmisbaar. Robots zijn goed in het wegplukken van individueel onkruid, maar alleen een eg kan in korte tijd de basisdruk op een heel veld verminderen. Het is de combinatie die toekomst heeft.
Minder gif = meer leven
De ontwikkeling is veel meer dan een technische vooruitgang. Minder chemie betekent: meer bodemleven, minder vergiftiging van insecten en vogels, gezondere gewassen en gezondere boeren. Biologisch boeren wordt er steeds eenvoudiger en rendabeler door.
Precisielandbouw – spuiten met minder gif, maar nog steeds gif – wordt vaak als vooruitgang gepresenteerd. Maar feitelijk is dat uitstel van executie: ecocide blijft ecocide, al is het iets beter gedoseerd. De échte toekomst ligt in technieken die de natuur niet bestrijden maar respecteren.