Door
Evelien van Adrichem
Sjongejonge, wat hangt er een mooie maan aan de zwarte buitenlucht terwijl ik dit schrijf. Geweldig! Dát is pas een duurzame knar, die is nog ouder dan Sinterklaas en dan ga je dus al even mee. Je kunt er zo lekker naar kijken, overal ter wereld kijken we naar dezelfde maan. Ik voel me dankbaar dat die maan daar zo staat te stralen, boven mijn vreedzame wereldje op de Boskamp.
Ja, daar wonen we, met z’n drietjes en over een paar maanden zelfs met z’n viertjes. Laat kinderen krijgen nou flink slecht zijn op de ‘duurzaamheidsschaal’ in de milieubelastende zin van het woord. En daar zit dan meteen een uitdaging in. Want ja, kinderen verbruiken enorm veel; het lijkt wel alsof ze alleen maar nieuwe kleertjes horen te dragen, iedere twee uur een nieuwe wegwerpluier om de billetjes wordt gevouwen, nieuw speelgoed horen te krijgen en dan het liefst goedkoop spul dat na een paar keer dragen of mee spelen al de bak in gaat.
‘t kost toch niks’…
“Ah joh, kostte toch niks”, och daar kan ik echt de kriebels van krijgen. Want dan zeg je dus dat alleen geld bepaalt of iets waarde heeft of niet. In plaats van hoeveel moeite er is gedaan om zoiets te maken, hoeveel afval het heeft opgeleverd om iets te maken, etc. En die kinderoortjes horen dat ook en zetten het voort in hun leven. Onze dochter van 4,5 jaar oud vroeg me pas waarom we “nooit naar die winkel tegenover de boodschappenwinkel gaan”. Tja, hoe leg je een vierjarige uit dat je niet dol bent op de ‘Acé-Tion’, zonder dat je verhaal regelmatig onderbroken wordt door het onderzoekende woordje ‘waarom?’. Dat lukte dan ook niet, maar de basisuitleg over ‘snel kapot, overbodigheid en overdaad’ heeft ze aangehoord. Soms denk ik al na over hoe ze over dertig jaar op haar opvoeding terug zal kijken, of dat ze dan een heel luxe verspillend leven leidt en mij een arme schooier vindt.
Want ja, wij vinden ons leven rijk en luxe; we verdienen ons eigen geld, er is geen oorlog, alles wat we echt nodig hebben dat is er, alle ouders leven nog, we hebben elkaar, werken en wonen op een prachtige plek. Maar ons huis is allerminst gepimpt, onze kleding is niet modern en mijn auto is eigenlijk best lelijk. Ik vind dat wel eens jammer hoor, een nettere auto, een nieuwe keuken en badkamer, nieuwe meubels, een mooie vloer in de keuken, het lijkt me allemaal best lekker. En toch, hebben we besloten om het allemaal zo te laten en ons niet mee te laten slepen in de gewoonte om alles er nieuw uit te laten zien. Omdat het niet nodig is en wel veel vraagt van onze maatschappij. Zowel op milieuvlak want een nieuwe keuken moet gemaakt worden en een oude wordt afgevoerd. Maar ook op maatschappelijk vlak; we maken elkaar af en toe helemaal gek dat alles moet uitstralen alsof je het helemaal voor elkaar hebt. En hoe meer mensen daar aan mee doen, des te groter wordt die druk. En dat willen we niet stimuleren. Nu hebben we wel het geluk dat de huidige keukenkastjes van massief hout zijn en in ons werk wordt oudere kleding geaccepteerd. We werken bepaald niet voor een bank of makelaarskantoor, zeg maar.
Zelden kocht ik iets voor haar
Nog even terug op de komst van een kindje, hartstikke leuk natuurlijk dat ter zijde. Ik denk wel echt dat we bijdragen door zo min mogelijk nieuw te kopen voor hem/haar en dat is me bij nummer 1 heel goed gelukt. Zelden kocht ik iets voor haar. Alles kwam via via binnen, marktplaats, van de stort of kringloopwinkel. En daar heeft een kind de eerste vier jaar echt geen last van. Sterker nog; sinds een half jaar bepaalt ze zelf wat ze aantrekt en dat laat ik gebeuren want een eigen wil ontwikkelen vinden we belangrijk. Heel soms grijp ik in maar meestal ziet ze er reuze gelukkig uit in haar niet matchende outfit. Dus waar zou ik me druk om moeten maken?
Repareren kan ook
Repareren is trouwens ook echt een goede. Toen Olivia nog heel jong was haalde ik soms juist de kleding uit de kast waar al een klein gaatje in zat. Dat repareerde ik en dan kon ze het nog een tijd dragen. Wetende dat het bij de kringloopwinkel weg gegooid zou worden. Erg efficient in tijd en economisch opzicht is dat overigens niet, maar alles voor het goede doel. Het is er vanzelf langzaam in geslopen en we voelen ons er goed bij. Nu heb ik nog een maxicosihoes te repareren. De muizen op zolder hebben er lekker van gesnoept. Ik kijk niet uit naar het klusje, dat ligt er dan ook al zeker een maand. Maar als ik de hoes voor nog een kindje kan gebruiken, maakt me dat straks wel echt blij en hopelijk een beetje trots op men mooie reparatie-skills.