‘‘Het is weer zo ver hoor!’’ kwettert Merel in het open raam. ‘‘Ik heb afscheid genomen van de meeste vogelvrienden die elk jaar in het zuiden overwinteren. Dat is toch altijd weer even slikken. Gelukkig komen ze in het voorjaar weer terug. Een deel van mijn Merel familie overwintert in Engeland, Spanje of Portugal. Van september tot november trekken ze in de nacht richting het zuiden. Maar ik niet hoor! Ik blijf deze winter gezellig bij jullie.’’
Merel vliegt boven de gemeente Dalfsen van hot naar her op zoek naar biodiverse verhalen.
Veel vogels trekken in de winter naar het zuiden, naar een plek waar het warmer is en waar ze meer voedsel kunnen vinden. Denk bijvoorbeeld aan de vink, spreeuw, graspieper, koperwiek, kolgans, kieviet, kokmeeuw, boerenzwaluw, aalscholver, veldleeuwerik en de zanglijster. Met miljoenen maken ze elk jaar de trek naar het zuiden en in het voorjaar weer terug. Ze leggen heel wat kilometers af. Grutto’s maken bijvoorbeeld elk jaar een 1.200 kilometerlange trektocht naar West-Afrika (of iets dichterbij richting Zuidwest-Europa).
‘‘Ik kwam weidevogel expert William van der Veen tegen’’, vertelt Merel. ‘‘Die heeft even rust: de weidevogels zijn namelijk ook vertrokken naar het zuiden, velen zelfs naar Afrika. Als ze terugkomen heeft hij beloofd over de prachtige weidevogels te vertellen. Ben benieuwd of hij iets weet wat ik nog niet weet!’’
Er zijn ook vogels uit noordelijkere gebieden, die juist bij ons overwinteren. De keep bijvoorbeeld. Dit is een oranjegekleurde vink uit Scandinavië die je vanaf nu tegen kunt komen. Vooral in beukenlanen, want dit vogeltje is gek op beukennootjes. Of de kleine zwaan. In totaal leven er nog maar 15.000 kleine zwanen, waarvan er 10.000 bij ons overwinteren. Bijvoorbeeld in het Zwarte Meer, een klein stukje rijden. Vanaf februari vliegen ze in etappes naar de broedgebieden op de Russische toendra’s, tot ze daar in mei aankomen.
En als je denkt dat het roodborstje ineens minder schuw is: dat komt omdat die van de zomer naar het zuiden is en deze die je nu ziet uit het noorden komt. Die is wat vrijpostiger.
Merel: ‘‘Wil jij dat in je achtertuin waarnemen? Dan moet je wat minder strak tuinieren!”
Was getekend, Merel