Arjan Pronk: Het Bruine Hol van de Brombeer

Muzikant en schrijver Arjan Pronk beschrijft weer op meesterlijke wijze het trieste leven van sommige mensen.

Interessant? Deel het artikel

Arjan Pronk: Het Bruine Hol van de Brombeer
Mans zat met z’n dikke balg stijf tegen de bar. Gelukkig had de meubelmaker een balk aan het meubel gemaakt, om je voeten op te zetten. Een kroeg zonder zo’n balk is eigenlijk niet af, net als een kroeg zonder jukebox. De TV hing depressief en leeg in een hoek, als een zwart gat hing ie daar te zuigen. In de weerspiegeling zag hij dat de zon nog scheen.
Het interieur was al jaren diffuus, je had geen tijd om eraan te wennen, laat staan om er een thuis gevoel aan te verbinden. De clientèle leek mee te groeien met dezelfde nep-moderne, anonieme vertoning. De meesten kunnen het geen zak verrekken, het spul host zo gezellig mee, uitgedost als een kneus op een ski-hut party. In hun onbewuste onderbewuste zullen ze er een paar pilseners minder op drinken en wat eerder richting hun stulp vertrekken alwaar ze in spierwitte ledlampen hun patat verorberen. Om hun trillende lijf niet als geschenk maar als een roestig vehikel te smeren met stof dat brandt als frituur. Verlichting is alles.
De kroeg van Mans was finaal verknooit. Het rovershol onder de stokoude lindebomen midden in het Twentse dorp was niet meer. Alles wat het tot ‘zijn’ kroeg maakte was naar de gallemiezen. De verlichting, de potsierlijke vloerbedekking, van die akelige knusse ikea hoekjes (waar geen loopse teef zou vozen al stikte het er van de geile rekkels), de toog die moet ademen als een grand-café orakel maar ruft naar de Gamma. Een bonkige en dominante barricade, als een slagschaduw diagonaal in de ruimte geplaatst. Die kleuren… God zal me kraken, hier was een trut zonder smaak met quasi nostalgische kitsch bezig geweest om er zogenaamd iets hips van te maken. Een trut kan in dit geval ook een man zijn, of een team blinde binnenhuisarchitecten.
Verroeste panelen, zwarte lampenkappen, ludieke krijtteksten op de muur. Wat een aanfluiting. Debielen die ruiken naar een lege broodtrommel vinden het skitterend en soms ‘Amazing!’ Ach ja, zo zal het altijd gaan. Niks blijft, de kudde onnozele halzen smult. De eenheidsworst zonder aders.
De kroeg was ook niet meer van deze tijd, hoorde je soms zeggen. Hol gelul van wansmakelijken die de tijd gebruiken om bij de tijd te zijn. Zulk soorten zijn dat nooit. Stylisten en aanverwanten hebben het leep bekeken, ze zijn net als alle verkopers, of het nu om kleding of muziek gaat, uit op poen en gebruiken ‘mode’ om mensen het idee te geven dat ze er niet bij horen. Advertising is sinds Don Draper gestopt is met roken allang niet meer cool. De kroeg was onherkenbaar verminkt en gedegradeerd tot een geforceerd gezellig gedrocht. Een pleisterplek voor huishoudbeurs-taarten, geen dampende vluchtheuvel meer.
Vrouwen en jong spul lokte de gepimpte kroeg er niet mee, er zaten al jaren vooral dezelfde zure mannen die geen acht sloegen op het leven. Deze verstokte gasten woonden er en waren door de downgrade finaal van slag, sneu wel. Een enkeling leefde op en glom net zo hard als de chique kitsch waarin ie plots baadde. Vaak worden deze ‘markante’ mannetjes kroeg-taferelen geromantiseerd. Misschien terecht, ook al slaat de droeve weemoed soms je bier morsdood. Zoekende zielen verpakt in leren zakken. Uitzitten, wat moet men anders.
De kroeg had al meerdere gedaantewisselingen achter de rug en nooit kwam het ook maar in de buurt van de sfeer van weleer. Nee, dat zit niet tussen de oren van Mans, dat is zo. Hij vertikte het om zijn vertier elders te zoeken en met een taxi de streek door te knappen, op zoek naar gezelliger kroegen. Goddank zijn ze er nog. De mens snakt vooral nu, in een veranderende wereld, naar een veilige haven, naar een plek die vertrouwd voelt. Net als een bos, maar dan zonder seizoenen. Een anker ja. Een ander smaakje, een andere buurman of buurvrouw aan de bar, een ander lied naast het vertrouwde, een beetje praat en wat te zuipen, naar meer snakt de kroegganger niet. Een bruin hol dat je omarmt en waar je onbekommerd kunt nestelen. Wat kunnigheid.
Trends zijn de bevestiging van vergankelijkheid, van leegte, wat was was. De oude kroeg had ziel, ja dat klinkt als nostalgisch gezever, hoogdraverij van zwetsers die meer zoeken dan ze nodig hebben. En ja, een ‘maar’ ligt op de loer. De oude kroeg was een warm bad vol clichés dat er niet uitzag als een decor, showroom of een klucht. Neen, de Seedorf jukebox, de Perzische kleedjes, de formica bar met dik fineer van palissander, het caramelkleurige plafond van planken met daaronder ossenrode balken. Velours rode gordijnen. Lambrisering van notenhout in de vorm van schrootjes met daarboven een waaierachtig gestucte muur, gelig van de tabak, vol schilderijen en foto’s van dorpsgekken tussen lampjes met varkensblaaskapjes. Visgraat parketvloer, pinda’s, koperen lampen en smeulende asbakken. Rory Gallagher, JJ Cale, Carole King, Thin Lizzy en CCR in de jukebox, maar nieuwe deuntjes mag ook. Er wordt nog zoveel goede muziek gemaakt, je moet gewoon iets meer moeite doen om het te ontdekken. De bekende Hollandse radiozenders kotsen goedkoop gelul en mainstream bijna-muzak zonder ziel, maar als je wat verder luistert…
Mans lustte ze wel, hij zag alles om zich heen als een boeddhist, terwijl hij op papier gewoon een Roomse hond was. Heel gewoon. Alles is tijdelijk. Alles gaat, en vasthouden aan iets dat toch verandert, zorgt alleen maar voor lijden. Het leven is ook een lijdensweg. Hij genoot van het moment en zoog aan een fles Grolsch. Hij zag het en voelde het. Mensen zien hun mobiel ipv een boom, ze ruiken geld ipv stront, de dolende selfmade slachtoffers. De kroeg was vroeger cool, zoals een echoput voor kinderen.
Alles verandert, waardoor de mens in zijn vluchtige korte bestaan hunkert naar een veilige, steady haard waar de boel niet telkens in brand staat. Een smeulende haardstede, de baarmoeder, je stamcafé, je capsule, toen vluchten nog kon, ook al was het een illusie.
Onze Mans bulkte en plukte zijn navelpluis tevoorschijn, hij draaide het tot een balletje en mikte zijn opeenhoping in het decolleté van het nieuwe barmeisje, dat als een dood lam naar haar mobiel keek.
Arjan Pronk

Word supporter van HierinSalland

HierinSalland is voor, maar ook van Salland. Word supporters en ondersteun ons. Door mee te doen of met een kleine bijdrage.

Doneer

Interessant? Deel het artikel

Blijf op de hoogte

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke week een update van de artikelen op Hier in Salland. Iedere maand verloten we onder de abonnees een pakket uit de biologische boerderijwinkel Overesch in Raalte. Bekijk de spelregels.

Gratis inschrijven

Plaats de eerste reactie

Blijf op de hoogte

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke week een update van de artikelen op Hier in Salland. Iedere maand verloten we onder de abonnees een pakket uit de biologische boerderijwinkel Overesch in Raalte. Bekijk de spelregels.

Gratis inschrijven

Ook interessant