“Amicus meus, inimicus inimici mei” was tijdens de achttiende eeuw een algemeen voorkomende uitspraak en betekent letterlijk: mijn vriend, de vijand van mijn vijand. En ook in de eenentwintigste eeuw blijkt deze uitspraak nog steeds van toepassing. En dat niet alleen op hedendaagse slagvelden, maar ook in onze natuurlijke leefomgeving.
Want niet de gifspuit of het inzetten van andere mechanische middelen, maar juist de natuurlijke vijanden van de eikenprocessierups, blijken onze beste – en meest effectieve – strijdmiddelen. En daarmee vormen ze een solide bondgenootschap met joggers, hondenuitlaters, recreanten, fietsers en andere passanten. Zo dragen sluipvliegen, bepaalde soorten lieveheersbeestjes, wantsen en sluipwespen bij aan de bestrijding van deze nachtvlindersoort tijdens zijn rupsstadium, terwijl koolmezen, vleermuizen, mussen, kauwen en spreeuwen de larven en volgroeide vlinders te lijf gaan.
Terwijl het aantal natuurlijke vijanden van de Eikenprocessierups blijft groeien, moeten we niet vergeten dat die allemaal een onderkomen nodig hebben. Daarom is het van belang dat er voldoende aanbod van schuil- en nestgelegenheid in de nabije omgeving van eiken beschikbaar is. Het minder frequent snoeien van de onderste takken van bomen, maar ook het plaatsen nestkasten en het poten van biologische bloembollen dragen hier aan bij. Tevens is het van belang de vegetatie rondom eikenbomen tijdens de lente- en zomermaanden niet te maaien, waardoor de typische nesten en brandhaartjes van de Eikenprocessierups minder kans krijgen om zich te verspreiden.
De Sallandse Vlinderfotograaf wenst jullie hele fijne feestdagen en een vlinderrijk 2025 toe!