Omdat wandelen zo veel mooier is als je een beetje begrijpt wat je om je heen ziet, neemt Sjaak Bruggeman ons iedere week mee op een van zijn tochten. Deze week toog hij richting Ommen.
“Het is droog en gezond wandelweer. Op het bord bij de onderhoudsloods kies ik een te behappen wandelroute. Eerst maar rechtsom richting vijver, spoor over, een stukje heide en dan terug langs het fraaie landhuis.
De vijver bij het huis is verondiept en de steile oever heeft plaatsgemaakt voor een meer natuurvriendelijke overgang. De strooisellaag en het vrijkomende zand worden afgevoerd met Volvo-zanddumpers. Over een paar jaar zien we hier weer de oorspronkelijke vegetatie. Over de stuifduinen hier maar het spoor over naar het heideveld. Dan ligt het pad vol met hindernissen voor me. Zigzaggend tussen omgezaagde bomen volg ik het pad. Kijk daar, stammen met stippen erop. De bomen met blauw erop zijn toekomstbomen en blijven staan. De grens van het te kappen bos word aangegeven met witte stippen. Dit stuk bos gaat eraan en nadat ook de humuslaag is verwijderd zullen hier de beschermde jeneverbessen en heide weer gaan groeien.
Hier moet ik door een smal hekje om het spoor over te steken. En zie, daar sta ik ineens in de zichtlijn van het Huis Beerze. Het spoor werd aangelegd en liep dwars door het landgoed en echt waar… het Huis had van 1905 tot 1932 een eigen treinstopplaats. Hier links staan nog de restanten van wat ooit die halte was. Dan loop ik verder naar het landhuis waar zelfs Juliana gelogeerd schijnt te hebben. Snel ga ik opzij voor een van die grote zanddumpers. Vakkundig wordt de twintig kuub zand uit de laadbak verdeeld over de laan. En gelukkig, ik kan ik er langs en hoef niet weer te zigzaggen…”