Op 16 en 17 april werd in Zwolle stilgestaan bij het feit dat we vijftig jaar op weg zijn met het ANLb. Dat is best een flinke periode. De provincies organiseerden samen met andere betrokken partijen een congres over de ontwikkelingen op het gebied van agrarisch natuurbeheer in deze periode.
Zoals dat gaat, werd er teruggeblikt, vooruitgekeken, geëvalueerd en nagedacht. Ook waren er workshops en bedrijfsbezoeken. Kortom, een congres zoals een congres hoort te zijn. Een aantal conclusies zijn mij bijgebleven:
• Het ANLb heeft een vaste positie verworven binnen de agrarische sector.
• De oppervlakte waarop ANLb plaatsvindt, is met 5% nog steeds beperkt.
• De resultaten zijn gematigd positief, maar voor echt positieve resultaten moet de aanpak robuuster: meer oppervlakte, meer middelen en hogere vergoedingen.
• Er moet een oplossing komen voor predatie.
• De organisatie via de collectieven is op orde, maar kan professioneler.
Al met al ging men na het congres weer goed gemutst aan de slag voor ons collectief. We zijn immers goed bezig maar kunnen zeker niet achteroverleunen. Het vooruitzicht van de extra middelen die de minister voor het ANLb in het vooruitzicht heeft gesteld, kunnen zeker bijdragen aan de gevraagde robuuste aanpak.
Hierdoor, maar vooral door de inzet van onze deelnemers, zal het ANLb de komende 50 jaar nog meer verankerd worden op ons platteland. Dat is een mooi vooruitzicht.
Lees hier de nieuwsbrief van Collectief Midden Overijssel