Door Tim Lammers
Ik werkte bij de K.I.-Stal in Heino toen er een e-mail binnenkwam van een Nederlandse boer in Canada die een werknemer zocht voor een jaar. Daar heb ik toen op gereageerd. August 23th 2014 vertrok ik. Maar niet voor een jaar. Dat is iets anders verlopen… Ik kwam terecht op een varkensbedrijf met 700 zeugen. De biggen werden daar geboren totdat ze klaar waren om geslacht te worden. Op de satellietfoto zie je rechts het bedrijf, mijn huis is het kleine witte stipje er links naast. Je kunt het vinden in Fannystelle.
(tekst gaat door onder de foto)
Het was een grote verandering: niet alleen de omgeving en de taal, maar ook de cultuur en het geloof. Maar waar ik achteraf gezien de meeste moeite mee had, was om voor mezelf te zorgen. In Nederland bij mijn ouders was het een paradijs. Ik deed precies wat ik wou en het interesseerde me allemaal vrij weinig wat er gebeurde. Het enige wat ik hoefde te doen was wachten op een telefoontje van mama Mirjam: “Thuus komn, ’t ett’n is kloar” of “kom ie noe een kear thuus? Ie mut mo’nn werken!” Ik kreeg van pa en ma altijd onwijs veel vrijheid. Dat had me behoorlijk wat sociale vaardigheden opgeleverd. En daardoor was het voor mij erg makkelijk om in Canada een sociaal netwerk op te bouwen. Ik heb inmiddels een aardige vriendengroep opgebouwd. Bij sommigen heb ik een eigen slaapkamer als die biertjes iets te goed smaakten. In die zeven jaar tijd heb ik mezelf aardig leren kennen en ik weet daar nu goed mee om te gaan.
(tekst gaat door onder de foto)
Mijn eerste huis
Het huis waar ik woonde deelde ik met een jongen die ook uit Nederland kwam. Die vertrok na twee jaar om voor zich zelf te beginnen in Frankrijk. Zoals je op de satellietfoto kan zien is er niks om het huis heen. Ik ben daarom verhuisd naar het stadje Morden, waar ik in een klein appartementje ben terecht gekomen. Nog weer later verhuisde ik naar het dropje Roland dat ongeveer 300 inwoners kent. Ik heb daar een woning gekocht.
En inmiddels werk ik ook voor een andere stal. Het bedrijf heeft 2500 zeugen waar ik de kraamstal verzorg.
(tekst gaat door onder de foto)
Mijn huis in Roland
Entree van het dorp Roland
Ik woon hier nu zeven jaar. Ik ben al bijna vijf jaar niet meer in Nederland geweest. En ik mis het helemaal niet. Nederland niet, geen seconde. Maar er zijn wel dingen die ik mis.
– Mijn familie. We hebben bijna elke week wel contact. Het leven gaat door en bij sommige dingen hoopte ik dat ik erbij was en niet hier zit. Bijvoorbeeld dat ik nu oom ben geworden van mijn neefje Julan. Die zal ik volgend jaar voor het eerst zien. En de tweede is op komst.
– Vrienden: Wat ik het meest mis is de directheid van mijn Luttenbergse vrienden. Canadezen zijn vaak bang om iemand te kwetsen en zeggen nooit direct wat ze nu eigenlijk bedoelen.
– De muziek: Wij gingen vaak naar concerten festivals en dat mis ik hier soms wel eens. Lilhill bijvoorbeeld.
– Zoute haring met ui.
– Mijn moeders koude schotel
– Zondagavond soep van Jan van de Schoenmaker.
(tekst gaat door onder de foto)
Mooie winterse dag.
Nou, de kop is er af. Er komt vast wel een volgende keer. Als jullie vragen hebben, onderwerpen willen aandragen, zet het hier maar onder. Dan kom ik er op terug.