Gemeenten in Overijssel willen op korte termijn 600 miljoen extra van het rijk, schrijven ze in een brandbrief aan de fracties in de Tweede Kamer. Er zijn namelijk enorme tekorten die leiden tot forse bezuinigingen op maatschappelijke voorzieningen. De lasten moeten omhoog. Nieuwe ontwikkelingen komen in de knel.
Belangrijke voorzieningen in het geding
VNG Overijssel staat onder leiding van de Raalter burgemeester Dadema. Hij liet de kritiek ook al horen op Prinsjesdag tijdens een debat met werkgevers. In de brief staat: “Een greep van de geplande bezuinigingen: ondernemersloketten, ondersteuning in het huishouden, het sluiten van zwemvoorzieningen, uitstel van noodzakelijke nieuwbouw van scholen, het uitstellen of erger nog afblazen van ruimtelijke projecten die door intensieve participatietrajecten geïnitieerd en gestart zijn, het ontbreken van middelen om de kwaliteit van wegen te garanderen, het schrappen van het fietspadenplan, een streep door (de uitbreiding van) een museum, bezuinigingen op sport en sportvelden, het sluiten van bibliotheken en noodzakelijk bezuinigingen op het gebied van buurt-, ouderen- en jongerenwerk.”
Lastenverzwaring inwoners en bedrijven”
“Naast de noodzakelijke bezuinigingen voeren gemeenten een lokale lastenverzwaring door. Deze wordt direct gevoeld door ondernemers en inwoners. Verhogingen van de OZB voor 2020 tussen de 2,1% en 25% zijn realiteit.”
Waarom tekort?
“De tekorten komen door een combinatie van teruglopende uitkeringen uit het gemeentefonds en oplopende uitgaven in het sociaal domein, met name in de jeugdzorg. De Rijksoverheid heeft hier een directe verantwoordelijkheid. De Overijsselse gemeenten willen een eenmalige tegemoetkoming van € 600 miljoen voor de Nederlandse gemeenten, ofwel circa € 34,50 per inwoner.”