Je kent dat vast wel. Het ongemak als het seizoen weer verandert. Want dan gaat er van alles weer anders. De dagen worden langer of korter, het wordt warmer of kouder, langer licht of eerder donker, je bent meer binnen dan buiten aan het werk. Dat alles vraagt ook om andere kleding.
Je ruimt de kleding op die niet meer past bij het nieuwe seizoen en haalt de kleding weer tevoorschijn die je nu nodig hebt.
De kleding die je opbergt, kun je eventueel direct sorteren op wel of niet nog geschikt voor het nieuwe jaar. De kleding die je niet meer denkt te gaan dragen, kun je nog niet naar de kringloop brengen. Die zijn een jaar later pas weer nodig. Ik zet ze op zolder om ze een jaar later naar de kringloop te brengen.
De kleding die ik voor het nieuwe seizoen weer tevoorschijn heb gehaald, bekijk ik ook direct weer even of ik het nog wel zal gaan dragen. Eventueel gaan er dan nog wat stukken meer naar de kringloop zodat iemand anders er nog plezier aan kan beleven. Daardoor hoeven er minder nieuwe kleding gekocht te worden en het spaart ook veel geld.
(lees verder onder afbeelding)
Wat heb ik nodig?
Voordat ik me laat verleiden tot de aanschaf van allerlei nieuwe kleding, bekijk ik eerst wat ik nog echt nodig heb. Ondertussen weet ik dat ik de basiskledingstukken het meeste draag. Dat zijn T-shirts in verschillende kleuren, een paar fijne broeken, truien en vesten. En daar mag dan nog wel wat bij aangevuld worden dat extra leuk is of even iets nieuws en verfrissends.
Het moet lekker zitten
Maar heel eerlijk gezegd boeit het me niet zo heel veel. Ik draag het liefste kleding die lekker zit en waar ik geen last van heb. Waar ik me vrij in kan bewegen zonder dat iets mij in de weg zit of dat ik me extra netjes moet gaan gedragen. Aan mode kan ik niet wennen. Het lijkt allemaal zo bijzonder en nieuw. Eigenlijk is er niets nieuws onder de zon. Het herhaalt zich allemaal steeds weer.
Als ik in het straatbeeld kijk dan denk ik wel eens: is iedereen daar zo lang voor aan het shoppen geweest? Nee, shoppen is niet mijn lieveling vrijetijdsbesteding.
Kleding doorgeven.
Ondertussen weten veel mensen in mijn directe omgeving dat ik van recyclen hou. Er wordt me regelmatig een broek, trui of jas geschonken. En daar ben ik dan altijd heel blij mee.
Dat betekent dat ik niet op pad hoef om de winkels af te struinen of online iets te bestellen. Dat laatste vind ik ook heel vervelend. Al snel heb ik geen overzicht meer en dan denk ik weer: och laat ook maar. Ik heb nog kleren genoeg.
(lees verder onder afbeelding)
Genoeg
We zijn met elkaar in een wereld terecht gekomen van alsmaar meer en anders. Heel vermoeiend, want je moet er dan altijd weer mee bezig.
Als de maatstaf is om genoeg, goede en fijne kleding te hebben, dan kun je daar op een gegeven moment in voorzien zijn. Maar als het elke keer weer nieuw en anders moet zijn, dan is het al snel niet meer goed. Mode wakkert dat natuurlijk ook lekker aan.
Je moet wel volgens deze mode gekleed zijn, anders ben je niet van deze tijd. Wat kunnen we elkaar toch lekker van alles aanpraten.
Lekker warm
Het viel me een paar jaar geleden op dat ik helemaal geen lekkere warme wollen trui kon vinden. Het waren hoofdzakelijk dunne truien gemaakt van synthetische stoffen. Maar dus niet wat ik wilde.
Ik kwam in aanraking met wol van de Deventer schaapskudde. De schapen houden de bermen kort in Deventer. De wol wordt door vrijwilligers bewerkt en te koop aangeboden op de markt.
Daardoor ben ik vorige winter weer aan het breien geslagen. Naast dat het in de donkere winterdagen heerlijk was om daar ’s avonds mee bezig te zijn en de wol me ook warmte gaf, leverde het ook een heerlijke warme trui op.
De winter daarna ben ik een groter breiproject aangevangen. Een schipperstrui met ingebreide patronen. Deze trui wacht deze winter nog om afgemaakt te worden.Maar wat is die wol een mooi en puur product en dat ook nog uit de directe omgeving. Duurzamer kan het niet.
(lees verder onder afbeelding)
Biologische kleding
Als ik nieuwe kleding aanschaf en dat is ondertussen helemaal niet meer vaak, dan zoek ik naar biologische merken. Daarvoor hoef ik niet te zoeken in de meest reguliere winkels omdat het daar meestal niet te koop is. Ik ga naar specifieke winkels waar biologische kleding wordt verkocht en een enkele keer koop ik via internet. Ik zoek dan heel gericht op wat ik wil hebben.
Ik zou ook kunnen kopen in een tweedehands- of kringloopwinkel. Maar dan kom ik al snel op hetzelfde gevoel dat ik een hekel heb aan shoppen. Ook in een tweedehandswinkel.
(lees verder onder afbeelding)
Kledingruiltas
Onze dochters deden mee aan een kledingruilcirkel. Een groepje van zo’n stuk of 10 mensen doen dan een afgesproken aantal kledingstukken in de tas en mogen datzelfde aantal ook uit de tas halen. De tas gaat vervolgens naar een volgende.
Ik bedenk me dat ik zelf helemaal niet vaak kleding weggeef. Dat is niet omdat ik niet graag zou geven, maar omdat de meeste van mijn kleding afgedragen wordt of naar de kringloop gaat.
Pleidooi voor goede duurzame kleding
Alles met elkaar pleit ik voor meer goede duurzame kleding. Kleding van goede kwaliteit, van biologische materialen, van wol met een fijne pasvorm zodat je het vaak wilt dragen. Kleding waar je niet snel afstand van wilt doen. Waar je van gaat houden en waarbij je niet de behoefte hebt aan een kast vol met kleding. Gewoon omdat genoeg voldoet en je veel rust geeft en tijd en geld bespaart.
Duurzaam is zo gek nog niet.