Sanne Kamerling, wat doe jij duurzaam: Echt heel veel, maar dan nog schrik je van de verborgen impact

Interessant? Deel het artikel

sanne van der hoeven

Als Sanne Kamerling vertelt over wat ze duurzaam doet, val je wellicht eerst van de stoel hoeveel dat is, maar dan blijkt uiteindelijk dat het nog best een beetje meer kan!

Door Sanne Kamerling.

Het begon zo’n zestien jaar geleden met een aantal kleine dingen. We woonden in Amsterdam en waren beiden zelfstandig ondernemer. Om te beginnen de gebloemde boodschappentas. Wij waren net samen en mijn partner Kris wilde dan graag die vrolijke tas mee naar de winkel zodat we niet wéér zo’n plastic tas mee terug zouden nemen uit de winkel.

Toen waren er de plastic bakjes.  Het koken schoot er vaak bij in en dan haalden we eten bij de traiteur op de hoek. De stapel met plastic bakjes en bijbehorende deksels werd hoger en hoger en zo ook ons immer groeiende schuldgevoel over de wegwerpmaatschappij waar wij aan mee deden.

Toen was er onze Braziliaanse hulp. Hij vond het heel vreemd dat wij eten weggooiden. Eten weggooien. Als ik het nu zo op schrijf kan ik niet geloven dat wij dat ooit normaal hebben gevonden. Maar goed, dat was het begin van onze ‘awakening’.

Als twee hardwerkenden begin-dertigers besloten we “een beter milieu begint bij jezelf” dus we namen altijd eigen tassen mee naar de winkels en we haalden alleen nog bij de traiteur als we onze eigen bakken meebrachten. En Marianne Thieme haar uitspraak ‘een vleeseter op de fiets is vervuilender dan een vegetariër in een hummer’ had ons ook aan het denken gezet, dus vlees aten wij steeds minder. We vonden dat we aardig goed bezig waren met het milieu!

Toen besloten wij te verhuizen. We vonden een mooie plek buiten Amsterdam. Het zou ons droomhuis worden waar we oud wilden worden. Kris vond dat we moesten onderzoeken of ecologisch bouwen haalbaar was. Ik was daar aanvankelijk huiverig voor, want dat zouden we toch nooit kunnen betalen?!  Maar, als ik iets doe, doe ik het goed, dus het onderzoek naar ecologisch bouwen werd grondig aangepakt en ik was direct om: het was uitgesloten dat wij níet ecologisch zouden gaan bouwen, sterker nog, wij gingen bouw-biologisch bouwen: het huis waar wij voor de rest van ons leven zouden gaan wonen met onze drie mini’s zou geen giftige stoffen uitademen en zou het optimale leefklimaat hebben en gebouwd zijn van enkel natuurlijke materialen.

Het werd een lang en tijds-intensief bouwtraject, samen met een toegewijde aannemer die erg goed meedacht, en een bevlogen architect die bouwbiologie had gestudeerd. Het had écht héél wat voeten in de aarde, een goed huwelijk, en vele late nachten ontwerpen en materialen uitzoeken, maar het resultaat was geweldig! Een geheel bouw-biologisch huis, opgetrokken uit enkel natuurlijke materialen, met een ruime selectie aan milieubesparende installaties in het huis. We deden nergens concessies en gingen alleen voor puur, ook als dat risico’s met zich meebracht zoals de lariks houten kozijnen, 100% lijnolieverf van Allback en de boomstam beschoeiing langs de oever van de tuin.

Gedurende dit leerzame en inspirerende bouwtraject werden wij steeds bewuster van de voetafdruk die wij achterlieten en onze verantwoordelijkheid daarin. We werden over de hele linie bewuster en pasten onze gewoontes aan. We besloten onder andere zo goed als geen plastic afval meer te willen produceren, we gingen geen wasdroger meer gebruiken, en we wilden ook geen schoonmaakmiddelen meer gebruiken of cosmetica.

En zo wij woonden wij in een bouw-biologisch duurzaam huis, kochten alleen nog lokale groenten en vruchten, kochten zelden iets in plastic, maakten ons huis schoon met natuurazijn, groene zeep en zuiveringszout, wasten onze was op 30 graden met wasmiddel van Klok, hingen alle was te drogen, onze gordijnen waren van hennep, onze meubels vrijwel overwegend tweedehands, we hadden alle cosmetica uit ons leven verbannen en we deden zo veel mogelijk met de fiets, we kochten voornamelijk tweedehands kleding, we kochten overwegend tweedehands cadeau’s voor de kinderen, elkaar en familie en vrienden, we gingen heel bewust met water om, we scheidden ons afval met veel toewijding, en gooiden werkelijk waar geen eten meer weg tenzij het echt niet anders kon (soms was er toch nog een verloren potje in de hoek van de ijskast of een komkommer die toch te lang in de ijskast was blijven liggen).

Ik dacht echt dat wij het beste kindje van de klas waren! Wij hadden aan alles gedacht en deden heel veel om het milieu te sparen. Totdat wij het boek van Babette Porcelijn lazen: De verborgen impact. Oei die kwam hard aan… Wij waren helemaal niet zo geweldig bezig. Ja, wij stopten heel veel energie in duurzaam leven, maar dat was feitelijk een druppel op de gloeiende plaat. In de tijd dat wij naar dat heerlijke rustige dorp waren verhuisd gingen wij namelijk wel steeds vaker naar die sympathieke lokale kleine slager en gingen wij sluipenderwijs steeds meer vlees eten. En inmiddels stond onze beurs het ook toe dat wij wat vaker met vakantie konden. Met het vliegtuig…

Dus alhoewel wij heel veel tijd en energie stopten in duurzaam en plasticvrij leven, was de opbrengst waar het onze ecologische footprint betrof eigenlijk maar heel klein. Wij zouden veel meer verschil maken als wij gewoon echt geen vlees meer zouden eten (en minder zuivel), niet meer zouden vliegen en vooral veel minder spullen zouden kopen (of bezitten), vooral zaken met een stekker.

In zekere zin was dat een opluchting want ik maakte het mezelf vrij moeilijk door maar geen spullen in plastic te willen kopen. Wij woonden inmiddels niet meer in de stad en het was echt een logistieke operatie om overal mijn producten vandaan te halen en ik was altijd bezakt en bepakt met mijn eigen potten en tasjes. Ik besloot toen wat relaxter te worden waar het ons zero-plastic beleid betrof.

Daarvoor in de plaats besloten we overwegend plantaardig te gaan eten, niet meer met het vliegtuig te gaan en een veel bewustere houding te hebben naar het kopen van spullen. Wij kochten wel al veel tweedehands, maar ik had er nooit zo bij stilgestaan hoe ongelooflijk vervuilend één enkele laptop bijvoorbeeld is. Voordat ik het boek van Babette Porcelijn las, dacht ik alleen maar na over of ik de stekker er wel uit trok als ik de computer niet gebruikte. Nadat ik het boek had gelezen werd ik me bewust van de verborgen impact die achter de productie van zo’n laptop zit. Voor één laptop zijn tweeduizend Olympische zwembaden aan water nodig om het gif dat gebruikt wordt om de benodigde grondstoffen uit de mijnen te winnen te verdunnen naar een acceptabel niveau. Het heftige is dat dat niet gebeurt. Dat gif loopt gewoon ongefilterd de aarde in. Aan de andere kant van de wereld, waar wij er geen last van hebben… Nu zijn wij echt heel streng op spullen met snoeren. En als wij iets willen kopen met een snoer, zoals onlangs een felbegeerd tosti-ijzer voor de kinderen, dan kopen we dat enkel tweedehands.

We maken onze spullen nu ook echt OP. Toen onze zeer verouderde telefoons het op een gegeven moment echt niet meer deden en ze praktische geen aansluiting meer hadden met de immer vernieuwende updates zijn wij over gegaan op de Fairphone. Dit was voor ons een onhandige keuze omdat dit niet aansloot bij onze computers maar Fairphone heeft als hoofddoel het minimaliseren van de klimaatimpact van de productie van een telefoon en ze proberen eerlijk en ethisch aan hun grondstoffen te komen. Dat vinden wij de mindere comfort dan wel waard!

Waar wij de eerste jaren wel echt last van hadden was, zoals Babette Porcelijn dat zo goed zei, ‘ecorexia’.  Bij alles waren wij de impact op het milieu aan het afwegen waardoor je constant met een soort schuldgevoel rondliep. Daar ben ik van weg gestapt. Ik accepteer nu dat wij nog zat verbeterpunten hebben, zoals onze tweedehands zeer sympathieke maar ook zeer energie vretende koffiemachine en de open haard waarvan wij weten hoe slecht die is voor het milieu. En we laten de lichten te vaak aanstaan of douchen nog wel eens te lang. En ook staan we graag op de ijsbaan, dat is een constante megavriezer met de deur open. Daar kon ik me heel erg schuldig over voelen.

Nu heb ik daar meer een balans in gevonden. We mogen ook hier en daar wat ‘guilty pleasures’ hebben. En misschien willen we ooit nog wel een keer met het vliegtuig, maar dat wordt dan echt een heel bewuste keuze en dan zullen we heel eerlijk gaan kijken hoe we dat oprecht kunnen compenseren, en dat wordt niet makkelijk als je je bedenkt dat je voor één retourtje Bali 1000 bomen per persoon zou moeten planten om het klimaateffect van die vlucht te compenseren!

Onze tip is in ieder geval: lees het boek van Babette Porcelijn  ‘De Verborgen Impact’.  Echt een eye opener!

 

Word supporter van HierinSalland

HierinSalland is voor, maar ook van Salland. Word supporters en ondersteun ons. Door mee te doen of met een kleine bijdrage.

Interessant? Deel het artikel

Meer over

Blijf op de hoogte

Abonneer je op een of meerdere van onze nieuwsbrieven en ontvang elke week een update van de artikelen op Hier in Salland. Om de twee weken verloten we onder de abonnees om en om een pakket uit de biologische boerderijwinkel Overesch en de biologische Supermarkt in het Bos van Kleinlangevelsloo, beiden in Raalte. Bekijk de spelregels.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Blijf op de hoogte

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke week een update van de artikelen op Hier in Salland. Iedere maand verloten we onder de abonnees een pakket uit de biologische boerderijwinkel Overesch in Raalte. Bekijk de spelregels.