Gas duurder en stroom goedkoper, een compacte en stille hybride warmtepomp, verduurzamingsconcepten en aantrekkelijke financieringsvormen. Het is een greep uit de oplossingen die volgens Diederik Samsom, onderhandelaar bij het Nationale Klimaatakkoord, nodig zijn om de gebouwde omgeving van het aardgas te krijgen.
Samsom verwacht veel van het bedrijfsleven, zo vertelt hij in een gesprek met Vakblad Warmtepompen. Bedrijven moeten de innovaties ontwikkelen die nodig zijn om energiedoelen te halen.
Samsom vindt het essentieel dat gas duurder en elektriciteit goedkoper wordt. Dat maakt de overstap naar duurzame verwarmingstechnieken ook financieel aantrekkelijk als je in een oudere woning woont. “Ook daar moet verduurzaming uiteindelijk geld opleveren voor bewoners. Nu is het voor een jarendertig-woning nog lastig om een warmtepompsysteem rond te rekenen. Maar met een hybride warmtepomp wordt dat al gemakkelijker.”
“Voor drie tot vier miljoen woningen is een dure verbouwing nodig om van het gas af te komen. Niet iedereen zal dat willen of kunnen ophoesten. Vanwege de betaalbaarheid kan een hybride warmtepomp voor die groep een aantrekkelijk alternatief zijn. Ook in afwachting van een betere warmtepomp of betere isolatie-opties kunnen hybrides een rol spelen. De gasketel in een hybridesysteem kan op lange termijn overigens ook een goede bijdrage aan de transitie leveren. In de toekomst kan aardgas in het leidingnetwerk immers worden vervangen door schoon gas of door waterstof.”
Maar ook de hybride ketel is nog lang niet wat ie zijn moet. Hij moet niet groter dan de huidige cv-ketel worden. En minder lawaai produceren. Samsom heeft er alle vertrouwen in dat dat lukt. “De warmtepompbranche is een miljardenindustrie, en voor de fabrikanten ligt een miljardenmarkt voor het oprapen. Ze zitten echt niet op wat overheidsgeld te wachten en voeren het onderzoek liever op eigen kracht uit. Het collectieve geld kunnen we verder beter gebruiken voor mensen die het zwaar hebben waardoor verbouwing lastig is te financieren.”
“In het klantgesprek van installateurs zal ook de staat van de isolatie van een huis aan de orde moeten komen. Met een beetje vakmanschap zie je in vijf minuten of je met een label B-woning van doen hebt of dat je richting de D, E of F gaat. In die laatste gevallen heeft ook een hybride systeem geen zin. Je hoeft je dan niet schuldig te voelen als je voor een hr-ketel kiest, en dat geldt over tientallen jaren ook nog. Maar als een woning wel goed is geïsoleerd, beroof je de klanten als je ze geen warmtepomp verkoopt.”
Verbouwen en een warmtepomp aanschaffen in een keer is duur. Samsom kijkt naar de autobranche hoe ze daar auto’s van 30.000 euro toch interessant maakten: “Daarbij wordt van alles uit de kast gehaald, zoals afbetalingsregelingen, aantrekkelijke kortingen of extra accessoires. Ik wacht op de ondernemer die de hele verduurzaming van een woning voor zijn of haar rekening neemt. Klanten betalen daarvoor met het maandbedrag dat ze anders aan hun energierekening kwijt waren. Met een korting, zodat de klanten erop vooruitgaan.”
Voor woonwijken met identieke, slecht geïsoleerde woningen die dicht op elkaar staan – en dat zijn er heel veel in Nederland – denkt Samsom niet aan warmtepompen maar aan een collectief warmtenet. “Zo’n net, al dan niet geïnitieerd door bewoners zelf, kan gevoed worden met geothermie, restwarmte van industrie of een industriële warmtepomp. Die warmtepomp kan ergens in de wijk in een warmtepomphuisje worden geplaatst.” En bouwbedrijven kunnen. Zich dan op isoleren storten: “De ondernemer die daarvoor concepten ontwikkelt, is spekkoper.”