Nog niet zo lang geleden zei ik tegen iemand dat er voor mij twee soorten vogels zijn, grote en kleine. Ik zei dat als grap, maar eigenlijk was het echt zo. Inmiddels heb ik een vogelgeluidenapp en kan ik een roodborst van een lijster van een boomklever onderscheiden, zonder ze te zien!
Door Harrie Kiekebosch
Ik vind het nog steeds jammer dat ik niet op heel jonge leeftijd geleerd heb vogels te herkennen, want als je dat wél kunt, maakt dat het buiten zijn een stuk mooier. Dat je bloemetjes bij naam noemt, boomsoorten onderscheidt en vogels bij naam weet en op geluid herkent. Het is denk ik daarom dat ik van kinderboeken hou die vooral bedoeld zijn kinderen al op heel jonge leeftijd beter om zich heen te leren kijken. ‘Dit is mijn tuin!’ van Vera Bakker en Bob Buiter heb ik daarom ook met genot bekeken. Hoe zij het voor elkaar krijgen in een boekje kinderen te interesseren voor vogeltjes: perfect. Met weinig tekst, met veel tekeningen. Over wanneer je ze in de tuin ziet, wat ze graag eten, af en toe met woorden omschreven welk geluid ze maken. En met QR-code zodat je op internet de diepte in kunt voor nog veel meer. Ik zie dat zo voor me: kinderen die er van leren; pappa en mamma die er stiekem ook veel van opsteken.
Ik blijf met één vraag zitten: die titel ‘dit is mijn tuin!’ met uitroepteken. Ik legde als vanzelf de link met de filosofische vraag ‘van wie is de weg’ en de daaruit volgende gedachte of een ree onze weg over rent of dat wij door zijn bos rijden. ‘Dit is mijn tuin!’, is dat bedoeld voor kinderen en hun hun tuin en de zoektocht daarin? Of is dat bedoeld voor de vogels die de tuin als hun huis beschouwen.
Ik vind de vraag wel mooi genoeg. Die gaan we lekker niet beantwoorden. Tenzij de auteurs deze recensie zien. Dan lezen we hun antwoord hieronder wel 😉