Dit wandelverslag hoort bij de wandeling van Dwars door Salland onder deze link.
Deze zaterdag na de persconferentie van de nieuwe minister zal de dag zijn dat alle sectoren voor eventjes weer opengaan. Alsof een bloem zich vol opent om even later zijn blad weer deels te sluiten. Als ik mijn auto parkeer, bovenop het dak van het supermarktcentrum aan de rand van het dorp, zie ik het al. We zijn massaal wakker geworden en als een omsingelde stad wordt ons winkelcentrum van alle kanten benaderd. Geen verzet mogelijk, geen BOA die zich laat zien. Ze zijn al gevlucht de avond ervoor.
Het dek is nagenoeg vol en ik wring mijn auto in de laatst vindbare plek. Ik moet deze ochtend nog even twee afspraken nakomen. Mensen ontdoen van de verslavende rook om hun heen. In mijn hoofd begin ik al aan de wandeling van vandaag. Ver weg van de drukte in het dorp. Als mijn laatste afspraak verdwijnt, snel ik huiswaarts om mijn camera te zoeken, wat te eten en te vluchten naar het bos. Vluchten??
Ik ben beslist geen kluizenaar of introverte wandelaar maar op de een of andere manier benauwt drukte mij altijd. De kakofonie aan geluiden komt tien keer harder bij me binnen, een gesprek in de drukte volg ik nauwelijks en de stress van een drukke winkel doet mij snakken naar adem, nog los van het mondkapje wat gehoorzaam mijn gezicht deels bedekt.
De auto parkeert zich in het buitengebied tussen Heino, Hoonhorst en Dalfsen bij camping Starnbosch, op de parkeerplaats van café ’t Bosgoed. Wat een oase van rust als ik de auto verlaat. Aan de ene kant de welkome uitspanning ’t Bosgoed met geurende koffie en warmte. Aan de andere kant een deels beneveld bos met het geurende mos wat een ongeëvenaarde groenheid laat zien.
Ik besluit te kiezen voor de dampen van het bospad en al snel loop ik op de gronden van landgoed Rechteren, het culturele erfgoed en de groene jas van Dalfsen. Kasteel Rechteren, havezate Den Berg en landhuis den Aalshorst wachten op me. Met elke stap door de bossen kom ik dichter bij de geschiedenis van deze streek.
Als je langs de bossen loopt, krijg je het gevoel dat er maar zelden een menselijke hand aan te pas komt. Ruw, ruig, alles door elkaar, vergeten in de tijd. Alsof de begroting van onderhoud het bos is verwaarloosd en al méér dan op was na een volgende renovatie van de statige huizen. Wat is het weer rustig op mijn pad. Een enkele passerende wandelaar maakt mijn navigatie overbodig. Ik zit op de goede route. Een reiger bij de bosrand is in slaap gesukkeld, zijn dikke nek niet bewegend, als ik mijn camera aanleg om hem te beschieten met licht. Ik loop weer verder in de plassen van het oneindige bos.
De namen van de boslanen: Diezerstraat, Millingersteeg wanen me in hartje centrum Zwolle, eeuwen geleden. Plots tussen de wallen aan weerszijden van de weg zie ik een enorme buizerd uit de bomen vliegen. Hij is gewaarschuwd door iets. Ik blijf even staan om hem te volgen maar.. hoe ik ook tuur.. de vogel is gevlogen.
Het landgoed Rechteren gaat over in landgoed Den Berg en als ik door het laatste hek uit het natte bos stap en de weg oversteek, sta ik oog in oog met het imposante Den Berg. Ten zuiden van de Vecht is ‘het goet de Berch’ of ‘Huva ten Berghe’ in 1483 opgetrokken door de familie Van den Berghe. Het statige huis tussen de rivierduinen werd later bewoond door van Haersoltes (16e eeuw), Rengers (17e eeuw) om vervolgens via de van Coeverdens in handen te komen van de baron en luitenant-kolonel Willem Jan van Dedem.
Hij en en zijn vrouw Gerbregt gaven het huis de strakkere vorm en statige lanen. Een huis met middeleeuwse allure en een prachtige landschapstuin (Samuel van Beinum), gebouwd en aangelegd met militaire precisie.
Leden van dit militaire en juridisch onderlegde adellijke geslacht waren lid van de tweede kamer, provinciale staten. Schaepman, oud voorman van de Rooms Katholieke staatspartij was één van de vele gasten op het landgoed en dichtte in het gastenboek:
Hier leeft en heerst bij allen
gastvrijheid zonder erg..
Wat is het goed te rusten,
te rusten op Den Berg
Door de van Dedems en de rol in de turf en de Overijsselse vaarten werd later een dorp naar ze vernoemd (Dedemsvaart).
Een van de volgende baronnen Godert Willem, zoon van Coenraad en Susanna de Vos van Steenwijk, groeide op in een moeilijke tijd voor de adel vlak na de Franse revolutie. Hij trouwde met de niet adellijke Grietje van Boxem en hier ligt de doorsteek naar het verhaal van één van hun kinderen Jeanette, de “Barones in het kwaad” van Multatuli.
Misschien dat hier dan ook weer het oude gezegde een rol speelt “Twee geloven op een kussen en het kwaad ertussen”.
Toen het verhaal van de vlucht naar Amerika en de schipbreuk van Jeanette de oude baron ter ore kwam, moet hij radeloos uit een van de ramen van den Berg gekeken hebben. Hij stierf voor het eerste levensteken van zijn dochter in Dalfser grond (zie
mijn verhaal over de barones en de dominee).
Het zijn heerlijke kilometers door de lanen en langs de oude grachten van de havezate. De tocht naar het volgende landhuis is niet heel erg lang. De witte sluier van mist daalt steeds meer neer over de weiden en wallen van het rivierengebied. De avond is in aantocht en mijn stappen versnellen. Af en toe even een foto van wat reigers schietend, kom ik bij Huize den Aalshorst. De bakstenen poeren en het grote zwarte smeedijzeren hek trekken mijn aandacht. Het ligt hier lekker afgelegen aan het Aalshorsterpad in de buurtschap Millingen.
Het landhuis werd gebouwd door de Zwolse burgemeester Jacob Vriesen. Zijn grootvader bezat hier al een buitenhuis. Horst of hursti, verwijst naar een met lage struiken begroeid hoger gelegen deel in een drassig gebied.
Den Aalst zal waarschijnlijk komen van de Elzen die het landschap massaal omringen. Een van de latere bewoners was Louis Rhijnvis Feith (zoon van de bekende Zwolse dichter) en Johanna van Dedem, zus van de baron Godert Willem (van landgoed den Berg) en tante van de “Barones in het Kwaad, Jeanette” (Tante Feith).
De grachten om het huis raken steeds meer gevangen in de Sallandse witte sluier. Als de witte wieven in aantocht zijn moeten we huiswaarts en de laatste kilometers door het Starnbos gaan dan ook in rap tempo. Ik moet snel huiswaarts want er wacht nog een aangename verrassing, een etentje bij zoon en schoondochter met goed nieuws en daar wil ik geen seconde van missen.