We zouden het klimaatprobleem eigenlijk net zo drastisch moeten aanpakken als we nu van plan zijn met het Nederlands elftal, is zo ongeveer de stelling van Matthijs Nijboer, directeur van Natuur en Milieu Overijssel. Nu we vroeg zijn uitgeschakeld roept ieder sportprogramma om een betere aanpak. Bij het klimaat is de nood veel hoger.
Door Matthijs Nijboer
Het ging wel erg snel, dit EK voor Oranje. Het oranjegevoel werd maximaal aangewakkerd door commercie. Maar voordat het goed en wel begonnen was, bleek het alweer over. Enkele weken tevoren zag ik een liedje van de Speld met helaas voorspellende waarde. Na corona-perikelen waren veel mensen wel toe aan feestje.
Zo’n tijdelijke puls van enthousiasme lijkt er soms ook te zijn rond de aanpak van het klimaatprobleem. Het wordt ons duidelijk dat we echt stappen moeten zetten. Een mooi voorbeeld was de film van “An inconvenient truth” van Al Gore, alweer 15 jaar geleden. Dankzij zijn boodschap werden veel mensen zich bewust dat er echt iets moest veranderen.
Als we dan proberen een begin te maken met de aanpak, blijkt dit minstens net zo moeilijk als winnen van Tsjechië. Het klimaatprobleem vraagt om drastische ingrepen en is zeker niet makkelijk. Tegelijkertijd is het ook zo dat alle kleine beetjes helpen. De aanpak van het klimaatprobleem is geen “zero-sum game”, zoals in de achtste finale: één windmolen is nog altijd beter dan geen windmolen.
