Op de ‘Dankdag voor Gewas en Arbeid’ (2 november jl.) heb ik er het woordenboek maar eens op nageslagen om te zien hoe dank of dankbaar wordt omschreven: ‘erkentelijk of blij dat iemand iets (goeds) voor je heeft gedaan’. Meteen daarna vroeg ik mij af: wie is er tegenwoordig nog dankbaar? Zijn er nog wel redenen om dankbaar te zijn gelet op alle ontevredenheid die wordt geuit?
En waarvoor moeten we dan dankbaar zijn? Voor de overheid misschien die ondanks alle kritiek weigert om op te stappen? Of voor alle impopulaire maatregelen die genomen (dreigen te) worden dwars tegen de ontevredenheid van het volk in? Veel van de zojuist beschreven vragen zijn op te vatten als retorische vragen. Voor velen van u is waarschijnlijk wel duidelijk wat de meest voor de hand liggende antwoorden zullen zijn, respectievelijk niemand, neen, niets, neen en neen. Een vijftal uiterst negatieve constateringen.
Is er dan echt helemaal niets om dankbaar voor te zijn? Of zijn we misschien pas dankbaar voor dingen waar we aan denken als alle vanzelfsprekendheid wegvalt? Als alle franje wegvalt blijven alleen liefde en gezondheid over… Ga maar na: uw werk valt weg, het geluk laat u in de steek en met nog meer pech verliest u zelfs het dak boven uw hoofd. U hebt alleen uzelf nog, maar zelfs dat is een KLUS wanneer het volgende op u van toepassing is: “Wees uzelf, maar hij kon niet: hij was niemand.”
Mens ben ik in contact met een ander(e) mens. Zonder die ander is er niemand om mij te vertellen dat ik ook de moeite waard bent. Als er iéts is om aan te werken is het die verbinding met (de) anderen om mij heen. Dat lukt mij zeker niet altijd, maar de dagelijkse zorgen om bijna alles vallen weg in de liefde die ik kan voelen als ik er echt mag zijn voor een ander. Wanneer het lukt, dat contact, dan is dat ruim voldoende reden om daar heel erg dankbaar voor te zijn.
Dankdag
We denken vaak niet eens meer na:
ons eten komt van Albert Heyn,
van de C-1000 of van weet ik waar.
Een enkeling weet nog van klei,
van zwaar en moeizaam oogsten
en ziet de boer die ’t net aan rooit.
Het spreekt vanzelf: de aarde geeft.
En wij? Wij nemen als ons eigendom
wat als geschenk gegeven werd.
Nog slechts bij langer stilstaan
is er soms iets van beseffen
dat mensen eigenlijk over leven
geen barst hebben te zeggen.
Daarom ook voor de non-believers:
het zou best elke dag der week
een Dankdag mogen wezen.