Hennie Vrielink: Luttenberg ziet het nieuwe licht

Hoe Luttenberg elektrisch licht kreeg in 1940.

Interessant? Deel het artikel

Luttenberg Elektriciteit Herman H

In augustus 1934 kreeg de Luttenbergse pastoor Petrus Butzelaar een nieuwe kapelaan. C. Snelder moest op de eerste avond dat hij aan zijn nachtrust wilde beginnen met een blaker-met-kaars de weg zoeken naar zijn slaapkamertje op de eerste verdieping van de pastorie. Luttenberg was voor hem “een stukje vergeten aardsparadijs, waar de erfzonde nog niet was uitgevonden, evenmin trouwens als het electrische licht.” De mensen behielpen zich met petroleum- en carbidlampen, maar die gaven weinig licht. Het dorp leefde en werkte  in de wintermaanden voornamelijk in het donker en ging vroeg naar bed. Ook was er weinig straatverlichting, maar de Luttenbergers konden de weg wel vinden over de onverlichte en stikdonkere zandwegen. In 1936 werd Meyer door het gemeentebestuur als lantaarnopsteker te Luttenberg aangesteld; hij zal er geen dagtaak aan hebben gehad. Op het kruispunt tegenover de smid stond één gaslantaarn.

Het lichtbedrijf

Na het overlijden van pastoor Butzelaar in 1938 werd hij opgevolgd door J.J. van Odijk, die uit een meer verlicht deel van Nederland naar zijn nieuwe standplaats afreisde. Volgens de Nieuwe Raalter Courant werd “zijn vreugde over zijn benoeming in het landelijke, rustige en mooie Luttenberg in niet geringe mate vergald door de petroleumlampen die bungelden aan pastoors plafond.” Het hoofd van de lagere school, meester G.H. Hesselink had zich al eerder sterk gemaakt voor de stroomvoorziening in Luttenberg en al in 1937 contact gelegd met Ir. Vogt van de IJsselcentrale om Luttenberg aan te sluiten op het elektriciteitsnetwerk. Deze verwees hem door naar Ir. Flux, directeur van het gemeentelijk gas- en elektriciteitsbedrijf van de gemeente Raalte. In 1923 was er naast de gasfabriek een gemeentelijk elektriciteitsbedrijf opgericht door directeur G. Ilsink en de elektrificatie van kerkdorp Luttenberg had reeds vroeg zijn aandacht, maar kon hij niet realiseren vanwege zijn vroegtijdig overlijden in 1929. Opvolger G.J. Flux van “het lichtbedrijf” nam het stokje over. In november 1937 werd op de pastorie in Luttenberg ”een conferentie” gehouden, waarbij werd besloten dat de “heren ingenieurs” een voorlopig plan met kostenberekening konden gaan maken. Een jaar later was het plan gereed. De NV IJsselcentrale in Zwolle ging bij de berekeningen uit van 317 aansluitingen in Luttenberg en Mariënheem. De stroom zou worden opgewekt in de elektriciteitscentrale aan de Weteringkade in Zwolle. Was men er in eerste instantie van uitgegaan een aansluiting te maken vanaf het transformatorhuisje aan de Almelose Weg bij Kökkies Da; nu zou heel Mariënheem, Luttenberg en Linderte van verlichting worden voorzien. De Raalter burgemeester mr. H.M. van der Vijver steunde deze plannen van harte en heeft deze ook uitgebreid toegelicht tijdens de succesvol verlopen vergaderingen met de inwoners.

Niet zo snel

Wie had gedacht dat na de vergaderingen in de buurtschappen de verlichting snel een feit zou zijn kwam bedrogen uit. Er moesten nog veel voorbereidende werkzaamheden worden verricht, maar ook moest er gesproken worden met inwoners die niet bereid waren zich aan te laten sluiten op het elektriciteitsnet. Sommigen vonden het te duur of waren niet overtuigd van de voordelen van stroom. In Luttenberg werd een zogenoemde “lichtcommissie” opgericht onder voorzitterschap van meester Hesselink met daarnaast de pastoor en de Luttenbergers Wolger Tone (Groote Schaarsberg), die het secretariaat voerde, Smids Garrad (Oortwijn) en Mans Kortstee. Het was hun enigszins ondankbare taak buurt- en dorpsgenoten te bezoeken die niet mee wilden doen. Immers, hoe meer er zouden meedoen hoe lager de kosten per aansluiting.

Het eerste oorlogsjaar

Uiteindelijk waren de plannen klaar en in mei 1940 kon het werk worden aanbesteed. De aanleg van het bovengrondse stroomnet kreeg groen licht van de gemeente, maar juist op dat moment dreigde de zojuist uitgebroken oorlog roet in het eten te gooien. Dankzij de voortvarendheid van het gemeentebestuur en inzet van directeur Flux heeft het werk toch doorgang kunnen vinden. Al in juni werden de eerste boerderijen aangesloten. Het Utrechtse bedrijf dat onder leiding van uitvoerder Haen de boerderijen en woningen op het lichtnet aansloot, heeft ondanks de moeilijkheden en stagnatie die de oorlog met zich meebracht toch het werk kunnen uitvoeren en in de herfst van 1940 konden de Luttenbergers het zwarte bakelieten knopje in hun huis omdraaien. Langs de meeste wegen stonden nu houten palen waaraan de stroomdraden hingen met een aftakking naar de witte porseleinen isolatoren die aan de huizen waren bevestigd. Op sommige plaatsen een bokpaal (A-vorm), zodat de draden niet te slap kwamen te hangen en elkaar zouden raken. Het hele laagspanningsnet was bovengronds en de monteurs van het elektriciteitsbedrijf moesten met klimschaatsen en een veiligheidsriem in de houten palen klimmen om bij de draden te kunnen komen. Luttenberger Gait Oortwijn, die later voor zichzelf is begonnen, heeft nog bij het gemeentelijk elektriciteitsbedrijf gewerkt als elektricien en moest bij stroomstoringen vaak in de palen klauteren. Veel dorpsbewoners maakten voor het eerst kennis met het nieuwe licht en konden hun verbazing nauwelijks onder woorden brengen: “Je wilt het niet geloven. Wat ik nu gezien heb! Onvoorstelbaar …”. Een elektrische gloeilamp gaf veel meer licht dan het walmende en stinkende petroleumlampje of de flakkerende vetkaars. Wel hadden de meeste Luttenbergers, zuinig als ze waren, maar één lichtpunt laten aanleggen in hun huizen.

Hoge spanning

Op zondagmiddag 22 september 1940 werd op de pastorie van Luttenberg  met een officieel tintje bij de aansluiting op het lichtnet stilgestaan. De burgemeester had de wethouders Durenkamp en Mollink meegenomen evenals gemeentesecretaris Tielbeek. Uiteraard was ook directeur Flux van het lichtbedrijf aanwezig. Vanuit de pastorie hadden de genodigden goed zicht op het nieuwe trafohuisje dat achter het kerkhof aan de weg was neergezet. Hier werd hoogspanning omgezet naar laagspanning. Als blijvende herinnering aan de elektrificatie was op de muur van het huisje een betonnen plaat aangebracht met de tekst ‘Luttenberg 1940’. Pastoor Van Odijk had voor sigaren en andere “ververschingen” gezorgd.

Voor de meeste boeren was dit een belangrijk moment omdat ze door de oorlog werden geconfronteerd met olieschaarste. De petroleum ging op rantsoen. Burgermeester Van der Vijver hield een toepspraak en bedankte  de leden van de contactcommissie en de Luttenbergers “voor de saamhorigheid en de bereidheid tot samenwerking, waardoor het mogelijk werd veel werk te verzetten in een tijd, waarin vaak zeer ernstige beslissingen snel moeten worden genomen.”  Wel noemde hij ook dat niet alle Luttenbergers bereid waren mee te werken: “Een twintigtal ‘dikke’ boeren was niet te bewegen zich voor aansluiting op te geven.” Volgens de burgemeester zullen zij dit binnenkort betreuren, want alleen die landbouwers vallen onder de petroleumdistributie, die door hun ligging “in onrendabele gebieden” nog niet op het elektriciteitsnet konden worden aangesloten. Alleen aan hen worden petroleumbonnen verstrekt. Daarna bedachten zich nog enkele boeren die eerst niet wilden meedoen. Zij moesten wel zelf de stroompalen betalen, die nu niet meer van gemeentewege ter beschikking werden gesteld.

Helaas kon men nog niet ongestoord van het nieuwe licht genieten. De Duitse bezetter gaf het bevel de zojuist verworven verlichting weer te verduisteren. Ondanks het nieuwe licht brak er een donkere tijd aan.

 

Hoofdmeester Hesselink

Word supporter van HierinSalland

HierinSalland is voor, maar ook van Salland. Word supporters en ondersteun ons. Door mee te doen of met een kleine bijdrage.

Interessant? Deel het artikel

Meer over

Blijf op de hoogte

Abonneer je op een of meerdere van onze nieuwsbrieven en ontvang elke week een update van de artikelen op Hier in Salland. Om de twee weken verloten we onder de abonnees om en om een pakket uit de biologische boerderijwinkel Overesch en de biologische Supermarkt in het Bos van Kleinlangevelsloo, beiden in Raalte. Bekijk de spelregels.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Blijf op de hoogte

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke week een update van de artikelen op Hier in Salland. Iedere maand verloten we onder de abonnees een pakket uit de biologische boerderijwinkel Overesch in Raalte. Bekijk de spelregels.

Ook interessant