Op een dag vroeg een vriendin me: “Zal je terugkeren naar Syrië?” Ik antwoordde haar gekscherend: “Kunnen jullie mijn afwezigheid wel verdragen?!”
Een onverwachte overwinning
De revolutie had gezegevierd en het wrede regime in Syrië viel in een recordtempo, op een manier die zelfs de grootste optimisten niet hadden verwacht. Direct na de val van het regime begon er een grote vraag in Nederland te circuleren, gericht aan Syriërs, waaronder ikzelf: Zal je terugkeren naar Syrië?
Als kort antwoord zeg ik: ik wou dat er nu een vliegtuig op mijn balkon stond dat me direct naar Damascus kon brengen, zodat ik daar samen met het volk kon feesten, de handen van mijn moeder kon kussen die ik al tien jaar niet heb gezien, mijn broers en zussen en familie kon omarmen, en terug kon keren naar mijn dorp dat nog steeds in mij leeft.
Maar als ik uitgebreider zou antwoorden, laat me dan iets duidelijk maken: hoe logisch deze vraag ook lijkt, voor mij voelt ze tegelijkertijd vreemd aan. Wiskundig gezien is de vergelijking simpel: 1+1=2. Je verliet Syrië omdat je leven in gevaar was, en nu is dat gevaar geweken, dus kun je terugkeren.
Maar deze vergelijking negeert vele belangrijke en essentiële details, details die mijn leven de afgelopen tien jaar hebben gevormd. Hoe kunnen we simpelweg van het begin naar het einde springen zonder door de drukte van die jaren heen te gaan, met al hun gevoelens, ervaringen en veranderingen?!
Het begin: een koffer vol herinneringen
Om een definitief antwoord te geven, laat me ook logisch zijn en terugkeren naar het begin van die tien jaar. Ik kwam in Nederland aan als een vluchteling, bang en verdreven, met een koffer vol herinneringen, waar de angstaanjagende beelden alles overheersten. Ik was verdwaald, uitgeput en beladen met verdriet.
Maar Nederland ontving me met een warme omhelzing die ik me nooit had kunnen voorstellen in een land van kou en sneeuw. Het lot bracht me naar een rustig, landelijk gebied, een klein dorpje in Oost-Nederland genaamd Olst.
Ik was verliefd op de grond van mijn Syrische dorp en was ervan overtuigd dat ik nooit een andere plek zou kunnen liefhebben zoals ik mijn eigen grond liefhad. Dat idee deed me pijn vóór mijn vertrek: hoe laat je je hart achter? Hoe leef je in een ver land zonder hart?
(Lees verder onder afbeelding)
Ik ben een emotioneel persoon; ik kan niet leven in een land dat mij niet weerspiegelt, dat mij niet inspireert of waar ik niet verliefd op kan worden. Ik dacht dat ik daar zou leven als een dode.
Een onverwachte liefdesverhaal
Maar alles veranderde toen ik die prachtige schoonheid ontmoette: de betoverende natuur langs de oevers van de IJssel. Ik zag haar als een meisje dat haar aardewerken kruik vult met water, terwijl haar ivoren benen schitteren en ze met speelse onschuld water sprenkelt.
Simpelweg en zonder waarschuwing, werd ik verliefd. Ik werd verliefd bij de eerste windvlaag die vanuit het bos over mijn gezicht streek. Ik werd verliefd toen de overvliegende ganzen in de lucht harten tekenden die vervaagden en zich weer vormden in hun ordelijke vlucht.
Nu keer ik terug naar de vraag van mijn vriendin en antwoord ik vol gevoel: ik hou van dit land. Vergeet niet dat liefde die over tien jaar wordt opgebouwd, het afscheid dodelijk maakt.
Kunnen jullie mijn afwezigheid wel verdragen? Want ik kan het niet.
Toekomst en lot
In de natuur, de mensen en de details van mijn leven hier heb ik een groot deel van de rust gevonden die ik zo miste. En nu vraag je naar mijn gevoel? Mijn gevoel is dat ik óók een thuis heb herwonnen.
Je geboorteland is het reservoir van je details en genen; het is die grond die je in stilte vormt. Een gevoel dat alleen begrepen kan worden door degenen die het hebben ervaren: leven zonder thuis, zonder geheugen, zonder geschiedenis, zonder vlag die je bedekt, zonder een plek waar je bij hoort.
Maar mijn nieuwe thuis, dat ik steen voor steen heb opgebouwd in tien jaar tijd, is niet zomaar een tussenstop. Hier viel mijn zweet op de grond van vermoeidheid, hier steunde het land me toen ik struikelde. Hier plantte ik mijn bomen, hier liet ik mijn sporen achter. Het zal nooit gemakkelijk zijn om afscheid te nemen. Het zal nooit gemakkelijk zijn om zijn stem niet meer te horen.
Een land waar ik de eerste kreten van mijn kinderen hoorde bij hun geboorte, zal nooit gemakkelijk zijn om ver van te sterven. Een land waar de eerste woorden van mijn kinderen werden uitgesproken, zowel in zijn taal als in hun moedertaal, zal nooit eenvoudig zijn om van weg te gaan.
Ik rechtvaardig niets en ben niet aan het vleien. Dit zijn gewoon gevoelens die op papier vloeien zonder veel nadenken of moeite. Ik vleit niet, want dat hoeft niet. Ik ben een Nederlandse burger met alle rechten waar ik trots op ben en alle plichten die ik met plezier nakom.
Ik zal terugkeren naar Syrië, ik zal het bezoeken voor mijn kinderen, zodat ze de oorsprong van hun genen en hun diepe geschiedenis zien. Ik zal terugkeren zodat ze hun grootouders, ooms, tantes en familie ontmoeten. Ik zal terugkeren om ervoor te zorgen dat zij nooit zoals hun vader hoeven te leven: gebroken als een boom zonder wortels, of als een bloem die verloren drijft op het water, verlangend naar aarde die hem vasthoudt.
Ik wil voor mijn kinderen een gebalanceerd leven: trots op hun geschiedenis en werkend aan hun toekomst. Ik wil dat ze een boom planten daar in Syrië, en een boom hier in Nederland. Dat ze het koord zijn dat het lot van Nederland aan Syrië verbindt en Syrië aan Nederland.
Wij waren ooit twee onbekende landen voor elkaar, maar nu kan ik me geen toekomst voorstellen zonder deze band die is ontstaan tussen de twee landen en hun volkeren.
Ik zal terugkeren, en ik zal mijn Nederlandse vrienden uitnodigen om mee te gaan. We zullen samen feesten in het hart van Damascus en daar het verhaal schrijven van twee thuislanden, van twee moeders, die hun kinderen koesteren en hen voorbereiden om de toekomst op te bouwen.