Geachte burgemeester,
Het is mij een eer u te mogen toespreken vanaf deze plaats. Al jarenlang mogen we genieten van uw aanwezigheid. Als u ergens binnenkomt, dan is er altijd wat te zien. U waagt zich aan bijzondere combinaties van colbert, overhemd en stropdas. Het is uw handelsmerk geworden.
Uw interesse in andere mensen is gemeend. Ik herinner me de keer dat we u vroegen om bij ons de beeldentuin te komen openen. U was nog niet zo lang burgemeester. Er volgde eerst een afspraak in de burgemeesterskamer van het gemeentehuis in Olst. U vertelde over uw politieke carrière in Houten en provincie Utrecht. Wij over onze drijfveren om beelden uit Zimbabwe in onze tuin te exposeren en te verkopen, als ondersteuning van projecten aldaar. U belde omdat u op de ochtend vóór de opening even door de tuin zou willen lopen. Om sfeer te proeven. Opnieuw raakten we in gesprek.
In uw openingstoespraak verbond u alle verhalen, gesprekken en impressies op humoristische wijze aan elkaar. De openingshandeling was een forse klap met een beeldhouwershamer op een ruw stuk serpentijnsteen. Toen ik uw arm de lucht in zag gaan, om de klap uit te delen, schrok ik. Ik was vergeten u een veiligheidsbril te geven. Te laat. Gelukkig liep het goed af. De foto laat zien hoe spannend het was.
Nu wilt u het rustiger aan gaan doen. Dat begrijp ik wel. 24 uur per dag ‘aanstaan’ kost energie. U hebt die volop gegeven.
Nu wordt het tijd dat uw handen niet meer de woorden in een toespraak hoeven te benadrukken. Nu hoeven uw handen niet meer te zoeken naar elkaars vingertoppen, als u ergens geïnteresseerd een demonstratie moet gadeslaan. Uw handen mogen nu rusten; alleen een bladzijde van een goed boek omslaan. Uw handen mogen nu wapperen, als u in de tuin werkt of gaat klussen. Of neem een keer de racefiets. Dan kunnen ook die haren van u eens los in de wind gaan wapperen!
Tot slot een tip, geboren uit eigen ervaring: Reageer het eerste jaar op elke vraag om zitting te nemen in een commissie, een bestuur, een adviescollege, een werkgroep met: “Daar ga ik over nadenken.” En geef dan een week later als antwoord: “Over een jaar misschien.” Alleen dan krijgt u rust. Het ga u goed.