Bij macht denk ik aan presidenten, ministers, dictators, CEO’s (vroeger heette dat gewoon directeur) van ondernemingen. Daar gaat het in het boek óók over. Maar daarnaast wordt een heel andere, bijzondere soort beschreven: de automobilist.
De universiteit in Berkeley, Californië, doet een experiment. Twee onderzoekers stellen zich verdekt op langs de weg, bij een zebrapad. De één noteert wat voor auto eraan komt en de ander steekt het zebrapad over. Op zo’n manier dat de naderende auto moet stoppen óf een riskante uitwijkmanoeuvre moet maken om te kunnen doorrijden. Alle goedkope auto’s stoppen keurig voor het zebrapad. Bij de duurdere auto’s gebeurt dat in de helft van de gevallen. Voor de zekerheid is het experiment door een ander instituut herhaald. Uitkomsten hetzelfde. De onderzoeker concludeert: hoe machtiger mensen zich voelen hoe minder ze zich aantrekken van wat anderen over hen denken. Wie de macht heeft over anderen krijgt de neiging verkeersregels te negeren.
Dit onderzoek was in Californië. Hoe zou dat in Olst zijn? Dat heeft maar één zebrapad. In de Hooglandstraat. Je mag er 30 km/u, fietsers rijden op de weg, vlak bij de zebra staan palen de weg te versmallen. Je moet wel een hele dure bolide hebben om hier alle verkeersregels te overtreden. Hoewel, ik zie maar weinig auto’s die zich aan de snelheidsbeperking houden. Dus toch ook hier? Even een terzijde. Hoe zit het met dure en goedkope fietsen. Ik heb de indruk dat fietsers sowieso al minder de neiging hebben om te stoppen voor een zebrapad. Zouden fietsers op dure fiets nog minder geneigd zijn te stoppen?
Macht. Een uitzendbureau kwam met een origineel idee om machtsposities om te draaien. Bij sollicitatiegesprekken. Nu er veel meer vacatures zijn dan werkzoekenden moet niet de werkzoekende op sollicitatiegesprek, maar moet de werkgever solliciteren bij de werkzoekende. Klinkt logisch toch? Ik zie het voor me. Moet de werkgever ineens nadenken over de kleding die je aantrekt. Zeg ik u of je? Welke vragen zijn belangrijk. Wat kun je bieden? En waarmee neem je nog genoegen?
De werkzoekende moet zich plotseling afvragen waar het gesprek moet plaatsvinden. Niet bij de werkgever. Dan speelt die toch een thuiswedstrijd. In eigen huis dan maar? Op een terras? Een wandeling door het park? Hoeveel werkgevers ga je oproepen voor een gesprek? Moet je referenties vragen van oud-werknemers van de sollicitant? Zouden deze nieuwe ervaringen – hoe om te gaan met (on)macht – effect hebben op hoe beiden in het vervolg omgaan met macht? Mooi onderzoeksonderwerp, lijkt me.
Ga ik ondertussen kijken bij het zebrapad aan de Hooglandstraat. Of daar al sprake is van een nivellering.