Ik zie het nog voor me. Jaren geleden. Gaasterlandse boeren die in oktober met een hekkel de sloot schoonmaken. De hekkel is een smalle hark met lange tanden, verbonden aan een steel. Die kan wel vier meter lang zijn. De steel over de schouder, handen er stevig omheen en dan waterplanten uit de sloot trekken. Loodzwaar werk. Decimeter voor decimeter, totdat het water in alle sloten weer vrij kan doorstromen. Daarna doet het Wetterskip de zogenaamde schouw. Hekkelen zie ik eigenlijk nooit meer handmatig gebeuren. Hoewel de hekkel nog wel te koop is. Bij de Boer in Drachten bijvoorbeeld. Op zondag gesloten en De Boer gooit op zondag ook zijn website dicht, merkte ik. Dat is nog eens consequent.
Modern hekkelen verstikt
Hekkelen gebeurt nu met hele grote machines. Ook bij mij voor de deur. En het is niet het enige enorme voertuig dat hier over het fietspad langs de Eikelhofweg rijdt. Een trekker met een slurfmaaier voor de grasstrook aan de westzijde, een trekker met gigantische maaibalk voor de oostzijde van het fietspad, een giga hekkelmachine en dan nog een vrachtwagen die de waterplantresten weer oppakt met een kraan. En dat rijdt allemaal over het fietspad. Maar helaas ook: naast het fietspad. Daardoor ontstaan soms diepe sporen vlak langs het betonnen pad. Al een paar keer heb ik mensen moeten oprapen, omdat ze bij een uitwijkmanoeuvre op het drukke fietspad in de geul waren gevallen. Toen ik de gemeente daarover belde, werden de geulen wel direct dichtgegooid met aarde en ingezaaid met graszaad. Maar als vervolgens de machines opnieuw komen…. Bovendien wordt de bermbodem totaal dichtgereden. Gevolg: er groeit eigenlijk alleen nog gras. De bloemen, die er twintig jaar geleden bloeiden, zie ik niet meer. Wil ik dan terug naar het zware handwerk? Nee hoor. Maar er zijn toch ook wel machines die qua formaat beter passen bij dit traject? Kost ook minder energie, denk ik.
Edele handwerk
Wat nog wel echt handwerk is: werken op een kwekerij. Ik zie het op de kwekerij van Overmars tegenover mij. De mannen – jong en ook Jan Overmars, ruim boven de 70 jaar oud – kruipen op hun knieën langs de rijen plantjes. Elk potje wordt opgepakt en ontdaan van onkruid en grasjes. Ik zie het ook op de zorgkwekerij waar ik vrijwilliger ben. Vrijwel alles wordt met de hand gedaan. Hier slaat niet de grootschaligheid toe. Wel is iets anders binnengebracht. Opgedrongen kun je ook zeggen. Het beheersingsvirus. Als ik hoor wat er allemaal geregistreerd, gerapporteerd, in documenten vastgelegd, besproken, geëvalueerd en gecertificeerd moet worden, dan slaat de schrik me om het hart. Een kwekerij begin je met je hart. Een zorgkwekerij begin je met hart en ziel. En het beheersingsvirus slokt steeds meer tijd en energie op. Hetzelfde bij de gezondheidszorg, politie, onderwijs, ja waar niet. Veel administratie. Voor wie? Waarom? Wie leest die rapportages? Erger nog: wie doet er iets mee? Ja, een klerk. Diens enige bijdrage aan de samenleving is een paraaf. Afgevinkt in het juiste vakje.
Die hele papierwinkel, daar mag de hekkel wel eens door. En dan graag met de allergrootste die er is.