Er zijn veranderingen die zich aankondigen met een hels kabaal en er zijn er die bijna geruisloos ontstaan. De eerste beginnen vaak spontaan, door een groot en gezamenlijk gevoel van onrecht. Het komt eruit als een schreeuw om aandacht. Een schreeuw om gehoord te worden.
Het geeft de actievoerders, de dwarse denkers een gevoel van bevrediging om collectief achter het doel te staan. Als het protest eenmaal is geweest, de zittende macht hun heeft aangehoord, wordt het plein weer schoongeveegd en gaan we over tot de orde van de dag. De volgende dag blijft alles bij het oude. De geest mocht even uit de fles. Hopelijk is het zaadje van verandering geplant in de hoofden en kan het later ontkiemen.
De tweede vorm van verandering komt geruisloos tot stand. Een paar straten verderop neem je het misschien niet eens waar. Het zijn initiatieven waar bewoners elkaar vinden in een gezamenlijk doel, een gewenste verandering, een visie. Ook zij vertrekken vanuit een ontevredenheid, maar door het verbeelden van de oplossing ontstaat er hoop. Hoop die zich vertaalt in acties, in het realiseren van de verbeelding. Men wacht niet tot de samenleving verandert, maar bouwt aan die verandering in het hier-en-nu.
Zo ontstaan er plaatsen van hoop die de bestaande machtsorde uitdagen. Een beweging van dwardoeners.
Door in de praktijk het doel te ‘voorafbeelden’, zo stelt antropoloog en Occupy-activist David Graeber, probeert men een beter beeld te vormen van hoe dat ideaal er concreet kan uitzien. Men creëert zo een grotere continuïteit tussen het politieke handelen en de uiteindelijke doelen.
De doeners zijn zich misschien veelal niet bewust van de verstrekkende invloed van hun actie. Dat was ook niet hun doel. Het ging hun niet om invloed maar om tastbare verandering.
De (radicale) ideeën voor veranderingen zijn een startpunt van experimenten waarin alternatieve manieren van met elkaar omgaan als vanzelf voorop staan. Het is een aanpak die anticipeert op een toekomstige samenleving die nog niet volledig kan worden gerealiseerd. Dat noemen we prefiguratieve politiek; een vorm van praktijkgerichte verbeelding aan de macht. In de strategie van prefiguratieve politiek geven mensen als actieve burgers direct mee vorm aan een andere samenleving.
Dergelijke prefiguratieve praktijken zijn plaatsen van hoop opgebouwd door rebelse doeners die bouwen aan een andere samenleving in spé, maar wel lokale praktijken verbinden met de strijd voor verandering. Het zijn de barstjes in het systeem. Of met de woorden van Leonard Cohen: “There’s a crack in everything, that’s how the light gets in.”
De barsten in het neoliberale en bureaucratisch politieke systeem die opening bieden aan praktijken van verzet die de macht uitdagen, zelfs daar waar de bestaande orde ondoordringbaar lijkt.
Het is tijd voor verbeelding, het is tijd voor de doeners! De verandering is nu!
In de komende maanden ga ik op zoek naar de dwarsdoeners in Deventer. In deze serie van columns doe ik daar verslag van.
Op Deventerduurzamer.nl verzamel ik alle initiatieven in de gemeente. Heb je een tip of een vraag? Laat het me weten op gijsraadgever@gmail.com