Er dreigen zware tijden voor de minima maar ook voor steeds meer beter verdienende mensen, zeker tweeverdieners met elk een niet zo hoog inkomen. Een heel grote groep! De roep om maatregelen door de overheid neemt toe en de vraag is of dit redelijk is en wat we mogen verwachten.
KAN DE OVERHEID WAT DOEN
Of de overheid wat kan en moet doen is sterk afhankelijk van de hoogte van de belastingen in een land. Hoe meer belasting, hoe meer je mag verwachten. Dit gaat niet alleen om inkomstenbelastingen, maar ook om accijnzen en andere ‘creatieve’ heffingen. In een land als de VS zijn deze belastingen erg laag, rond de 20% en hoe rijker hoe minder. BTW bestaat er niet, in sommige staten wel ‘sales tax’, die naar lokale overheden gaat, Accijnzen bestaan daar ook nauwelijks. Gevolg daarvan is bijna niet bestaande sociale voorzieningen, peperdure gezondheidszorg en een rampzalige infrastructuur: Gebrekkig stroomnet dat regelmatig uitvalt, slechte wegen en bruggen, spoorwegnet weinig veranderd in 150 jaar, alleen stoomlocs vervangen door dieselstinkers. 30% van de mensen heeft geen internet. Veel natuurrampen, doordat er bijna geen voorzorgsmaatregelen worden genomen.
In Europa is dat veel beter voor elkaar, maar betalen we ook veel meer belastingen, vooral in Nederland. Ik heb een aantal jaren in Vlaanderen gewoond. Daar klagen werkgevers altijd over de hoge loonkosten en sociale bijdragen en vergelijken dan graag met Nederland. Op papier lijkt dit waar te zijn, maar in de praktijk is men daar als werknemer veel beter af, ondanks ongeveer gelijke tarieven voor de inkomstenbelasting en dus netto inkomen.
- School/ studeren veel goedkoper (en beter).
- Kinderbijslag aanzienlijk hoger, voor eerste kind ontvang je daar in de maand wat je hier per kwartaal ontvangt.
- Ziektekosten veel lager doordat deze in handen zijn van niet- commerciële instellingen zoals onze vroegere ziekenfondsen. Premie een paar tientjes per maand. Geen eigen risico, alleen remgeld, een klein bedrag van een paar Euro, dat je per artsenbezoek betaalt. Ziekelijke mensen hoeven dit niet te betalen.
- Kinderopvang ca. € 10 per dag, inclusief vervoer en warme maaltijd.
- Autorijden veel goedkoper. Geen BPM, dus aanschafprijs veel lager, sinds kort wel BIV, een bescheiden bedrag dat je bij aankoop van een auto moet betalen in relatie tot de uitstoot daarvan, veel lagere wegenbelasting en weinig of geen bijtelling voor privégebruik auto van de zaak. (In het wegennet vind je dat dan wel weer terug.)
- Lonen en uitkeringen zijn geïndexeerd en worden verplicht aangepast wanneer de kosten van levensonderhoud meer dan 1% toe- of afnemen.
Zekerheid over eerste levensbehoeften
De primaire levensbehoeften: voedsel, wonen, ziektekostenverzekering, energie, vervoer en communicatie dienen in een gefiscaliseerd land als het onze 100% gegarandeerd te worden, zeker omdat de overheid een aanzienlijk bijdrage aan de stijging van deze kosten heeft geleverd:
- Door het lage BTW tarief in 2019 met 50% te verhogen naar 9 % heeft dit een verhoging van de voedselprijzen tot gevolg gehad, uniek hoog in Europa.
- Door de woningcorporaties te verzelfstandigen en daar commerciële instellingen van te maken zijn de sociale huren bovenmatig gestegen en sociale afwegingen veel minder belangrijk geworden.
- Door het uitstekend functionerende ziekenfondssysteem in 2007 in te ruilen voor een (zeer) commercieel model van zorgverzekeraars met veel te veel macht, die opereren in een soort kartel en in feite nu de gezondheidszorg volledig bepalen. Aanvankelijk zonder eigen risico maar sluipenderwijs met steeds hogere kosten voor de burger. Ook werd ronduit belachelijke regelgeving ingevoerd voor mensen die hun rekening niet kunnen betalen. Na een aantal maanden wordt dan een Bestuursrechtelijke Premie opgelegd, een opslag van rond de € 40 per maand, die vreemd genoeg niet gebruikt wordt om de achterstand in te lopen en net zo lang in rekening gebracht wordt tot de schuld voldaan is. Gemiddeld betalen zo’n tweehonderdduizend inwoners deze strafpremie. Lees hier meer daarover.
- Energieprijzen bestaan voor een groot deel uit accijnzen vaak voor meer dan de helft. De vroeger gemeentelijke of provinciale energieleveranciers werden omgevormd in commerciële bedrijven, die niet vies van overmatige winsten zijn.
- Mede door concentratie van allerlei instellingen als scholen, hoger onderwijs, ziekenhuizen, arbeidsbureaus, belastingdienst enz. is vervoer steeds noodzakelijker geworden, terwijl de kosten daarvan sterk toenamen en buiten de Randstad de kwaliteit van met name het OV steeds verder afneemt. Dit is toch echt cruciaal om aan de maatschappij te kunnen deelnemen.
- De overheid verwacht van haar burgers dat ze aan de moderne media deelneemt en benadert hen meer en meer digitaal. Helaas nog wel overwegend eenrichtingsverkeer.
Incasso-industrie
Nu veel mensen ongewild in de financiële problemen gaan komen, dient de macht van de zeer commerciële incassobureaus ingeperkt te worden. En zeker ook van de energieleveranciers, die zich onbegrijpelijkerwijs in een unieke uitzonderingspositie bevinden en veel verder strekkende incassomogelijkheden hebben dan andere schuldeisers. Dit dateert waarschijnlijk nog uit de tijd dat dit overheidsbedrijven waren. Alle andere mogelijke schuldeisers moeten eerst een rechterlijke uitspraak hebben voor zij incassomaatregelen kunnen nemen, terwijl de energiebedrijven zonder tussenkomst van een rechter tot afsluiting kunnen overgaan, een zeer ingrijpende maatregel. Hier dient direct ingegrepen te worden om hen gelijk te stellen aan andere crediteuren die een rechterlijk vonnis nodig hebben. De andere schuldeisers worden hierdoor immers benadeeld omdat klanten nu eerder de energierekening zullen betalen dan die van andere schuldeisers omdat ze direct met gevolgen, een afsluiting, te maken krijgen, terwijl een traject via de rechtbank aanzienlijk langer duurt.
De meeste van deze bedrijven en instellingen lopen niet bepaald over van begrip voor problemen en geven hun zaken snel uit handen aan incassobureaus, wat de kosten voor betrokkenen enorm opdrijft. Daar moet dringend een rem op komen.
Tussenkomst gemeenten
Voor vorderingen ten gevolge van basisbehoeften zouden bedrijven niet zonder meer tot ingrijpende maatregelen mogen overgaan zonder akkoord van de gemeente waarin de crediteur woont.
Geen incassotraject starten en al helemaal niet tot afsluiting overgaan zonder akkoord van de gemeente.
Gemeenten zitten natuurlijk niet te wachten op nog meer taken zonder dat daar een vergoeding van het rijk tegenover staat. De laatste jaren hebben zij al meer dan genoeg overheidstaken in de schoenen geschoven gekregen zonder voldoende financiering. Gemeenten hebben namelijk vrijwel geen eigen inkomsten. Zij zijn helemaal afhankelijk van wat het Rijk hen toekent en spelen in de Staatsloterij biedt meer zekerheid dan inzicht krijgen in wat ze toebedeeld krijgen, waarbij, net als bij andere onderwerpen steeds weer blijkt dat hoe verder van Den Haag, hoe minder. Sowieso zouden gemeenten veel meer rechten moeten krijgen om een actiever minimabeleid te kunnen voeren. Zij staan het dichts bij de mensen en kunnen hun individuele situatie het best inschatten. Nu hebben ze vrijwel geen mogelijkheden om mensen te helpen.
Financiering
Totdat wij deze man met zijn onmetelijke geldpakhuizen kunnen strikken als minister van Financiën
zullen alle uitgaven die onze overheid moet doen gedekt moeten worden door de belasting die binnenkomt. De belastingwetgeving is er de laatste decennia niet bepaald op gericht geweest de inkomensverschillen te verkleinen. De hoogste schijf van de inkomstenbelasting werd omlaag gebracht, evenals de vennootschapsbelasting. Door het verhogen van het lage BTW tarief op eerste levensbehoeften werden de lage inkomens onevenredig zwaar getroffen omdat deze producten een veel groter deel uitmaken van hun bestedingen dan bij beter gesitueerden. Hetzelfde geldt voor woonlasten. Ook het in 2001 ingevoerde boxensysteem bij de inkomstenbelasting draagt in belangrijke mate bij aan de vergroting van de verschillen. Als je je zwetende lijf aan een baas ter beschikking stelt betaal je minimaal 37,07% inkomsten belasting, wanneer je je spaarcenten laat ‘werken’ meestal 1,5% en hooguit 4%. Wanneer je een eigen bedrijf hebt betaal je normaal inkomstenbelasting over je salaris, maar maximaal 20% over winstuitkeringen, tantièmes enz.
De door de (rechtse) politiek altijd gebruikte dooddoener is altijd, dat het wijzigen van een belastingsysteem zo ingrijpend is dat het niet in het systeem in te voeren is. Het afschaffen van het boxensysteem en teruggaan naar het daarvoor gehanteerde systeem kan echter niet zo moeilijk zijn. Bijkomend voordeel is dan nog dat dit veel minder gecompliceerd was, zodat de Belastingdienst meer tijd krijgt om broodnodige ander zaken op te lossen.
Mogelijke niet zo moeilijke aanpassingen om tot een meer solidair belastingsysteem te komen en die niet meer moeilijkheden zullen brengen dan het verhogen van het lage BTW tarief:
- Invoeren van een extra belastingschijf beneden de huidige voor lage inkomens en uitkeringen tot minimum loon niveau.
- Invoeren van een extra hoge belastingschijf voor inkomens boven bijvoorbeeld de Balkenende norm.
- Invoeren van een verhoogd tarief vennootschapsbelasting voor beursgenoteerde ondernemingen. Deze maken vaak al gebruik van bijzondere belastingvoordelen (rulings). Tijdens de coronapandemie maakten ze dankbaar gebruik van alle ondersteuning die geboden werd, maar namen meestal niet hun verantwoordelijkheden jegens hun personeel en zo. In schrille tegenstelling tot de meeste familiebedrijven!
- Afschaffing van het boxensysteem en dit weer vervangen door het veel simpeler en rechtvaardiger systeem daarvoor.
Een andere dooddoener is dat we aan onze concurrentiepositie moeten denken, vooral voor het binnenhalen van buitenlandse investeerders. Hier zit een kern van waarheid in, maar dit kan ondervangen door een sterkere EU. Niet dat in Brussel alle wetten in elkaar gedraaid worden, maar om uniforme kaderwetgeving op het gebied van financiën, belastingen en geldverkeer voor alle landen vast te stellen. Om één vuist te kunnen maken tegen multinationals, banken en andere landen rnotganisaties. Nu laten we ons nog veel te veel tegen elkaar uitspelen door deze partijen. Tegelijkertijd is veel meer speelruimte gewenst voor individuele landen om hun beleid te bepalen. Liever nog per regio, want zelfs in een klein landje als het onze geldt nog steeds:
‘Hoe verder van Den Haag hoe slechter de behandeling’!