Diss’n van Roerink in de bouw, over gapp’n, jatt’n en drank, heel veel drank

Interessant? Deel het artikel

oude geertruidenziekenhuis deventer

Diss’n van Roerink is bijna 67 jaar en heeft ruim veertig jaar mogen meelopen in de bouwwereld. Als tegelzetter. Dat leverde bijzondere, bizarre, smerige en grappige momenten op. En die wil hij graag delen. “Ze zitten nu nog in mijn geheugen.”

Bloedlink

Vorige keer had ik een verhaal beloofd over het slachthuis, die houden jullie van me tegoed. Nu belanden we in Deventer op de nieuwbouw van het Geertruidenziekenhuis aan de  Ceintuurlaan. Het is 1973. Wel belangrijk, want in 2008 is al weer plaats gemaakt voor een nieuw ziekenhuis. Het ziekenhuis waar ik aan mee bouwde, dat is nu de Geertruidentuin.
Maar goed, terug naar de nieuwbouw in 1973. Langs het gebouw liep een liftkooi. Dat is een verticaal transportsysteem, bedoeld om personen en goederen te vervoeren. De aannemer had een persoon in dienst genomen om de bouwvakkers en hun goederen en gereedschap te vervoeren naar hun werkplek. Dat was dus eigenlijk een soort liftboy. Het hele gebouw stond geheel in steigers. Wat ik me nog van die ene dag kan herinneren, is dat er een korteling van ongeveer 1 á 1,5, meter (een korteling is een stalen steigerpijp die als staander dient om de werkvloer te ondersteunen) naar beneden viel, net voor de kooilift langs, net toen de liftbediende even buiten zijn liftkooi was. En laat hij nou net die korteling op zijn hoofd krijgen. Het ongeval gebeurde direct naast het oude ziekenhuis, maar toch zag ik hem pas een jaar later, toen de bouw al zo goed als klaar was, weer even een bezoekje brengen. Hij was nog steeds niet hersteld. Het was bekend dat hij in de lift dagelijks een flesje drank bij zich had. Met drank, meer gank, zou je zeggen. Maar in dit geval ging dat niet op.

Gapp’n

We hadden op het Geertruidenziekenhuis als tegelzetters een opperman die er voor zorgde dat alle acht tegelzetters specie (in de tijd werd alles nog in de specie gezet en gelegd) en tegels op de werkplek kregen. Om te zorgen dat we alle acht ‘s morgens direct konden starten, begon hij een uur eerder. Maar het viel ons op dat ondanks dat uur ‘s morgens toch alle speciekuipen nog niet gevuld waren. En een van ons viel het dat dat als we ‘s middags richting huis gingen, die opperman nog een volle broodtas mee terug naar huis nam. Dus hebben we een keer stiekem in die tas gekeken. Bleek hij iedere avond een tas vol wand en/of vloertegels mee te nemen. Om er niet een te groot drama van te maken vroeg onze voorman mij vrijdagsmiddag de tegels er uit te halen en dit te vervangen met iets dat qua gewicht zo ongeveer dezelfde waarde had.
Ik had zijn gezicht wel willen zien toen hij thuis een stuk of wat oude klinkers uit de tas haalde. Dat weekend begon voor hem wel heel zwaar.
Tegenwoordig kan dat niet meer, stelen door tegels in je broodtas mee te nemen. Vroeger waren wandtegels 10 x 20 cm. Vloertegels 5 x 5 cm. Maar nu zijn ze bijvoorbeeld 1.20 m x 30 cm. Dat zou opvallen in een broodtas.
Die opperman kende natuurlijk het gezegde: Wie niet steelt of erft, zal werken tot hij sterft. Want later heeft hij meerdere pogingen ondernomen toch nog dingen mee te nemen. Maar we waren gewaarschuwd, dus op onze hoede. We hebben – voor zover we weten – al die pogingen om zeep geholpen. Maar uiteindelijk kwam boontje om zijn loontje en is de boef ontslagen. Dat kon omdat onze vaste opperman terugkwam van een andere klus.

Kwartels

Van onze vaste opperman was bekend dat hij helemaal gek was van vogels. Als je naar beneden schreeuwde van “Willem, specie op” (zo vroegen we om een kruiwagen specie) kon het zo maar zijn dat hij van niks hoorde. Maar schreeuwde je “Willem, heb je nog kwartels” dan zag hij blijkbaar die levendige kleine vogels zo in zijn volière zitten. Dan keek ie naar boven en riep: ”Wat zei’j?” Beetje doof als een kwartel was hij dus blijkbaar ook wel.

Jatt’n

Op deze bouw hadden we twee soorten wandtegels. Witte van 10 x 20 cm. voor normale ruimtes en blauwe voor alle nisjes in de zalen waar de patiënten lagen. Die blauwe tegels waren zeer gewild. Ik zag een collega een paar weken lang iedere middag als we richting moeders gingen een pak tegels in zijn gereedschapstas stoppen. Hij had zijn gereedschap eruit gehaald, dus dat viel niet op. Ik durfde niet wat te zeggen want het was een van mijn leermeesters. Enkele jaren later reed ik met de hem ‘s morgens vroeg al weer terug nar huis, want we hadden vorstverlet gekregen. Onder de mis zes graden hoefden we niet te werken. Hij vroeg of we ik nog even bij zijn zus langs wilde rijden voor een kop koffie. Ja lekker toch, want we hadden de rest van de dag vrij en we kwamen er bijna langs rijden. Tijdens de koffie vroeg zijn zus mij of ik de badkamer wilde zien, want die was door mijn leermeester een tijdje terug zo mooi opnieuw betegeld. Ik zag heel mooie blauwe wandtegels, van tien bij twintig. En ze hadden maar een tientje per vierkante meter gekost. Geen 1 april grap, want in april vriest het niet meer.

Carnaval in de joaren 70

Een collega uit Almelo hield wel van een biertje (ach, wie niet) en ook van carnaval (ook daar waren we niet vies van). Hij had al verteld dat hij die avond (dinsdagavond 6 maart 1973) de bloemetjes samen met z’n “vrouwtje” (nou ja, die mocht wel ‘vrouw’ heten) flink wilde buiten gaan zetten. De volgende morgen, Aswoensdag, was er geen geluid en geen beweging uit onze collega te krijgen. Er zat in die vroege ochtenduren nog schmink en oogschaduw op zijn gezicht. Ik heb hem daarna de hele dag niet meer terug gezien. Heb nog wel wat rondgevraagd, maar iedereen deed een beetje lacherig en geheimzinnig. Onze voorwerker, mien leermeester, vroeg me tegen sluitingstijd of ik even op de vierde verdieping onderin het achterste aanrecht wilde kijken. Ik trok het aanrecht los en sleug bienoa stijl achteroaver. Daar lag onze collega, onder in de keukenkast opgerold te slapen. Hij was de avond ervoor verkleed gegaan als een vrouw, maar zo die daar lag leek hij meer op een badkuip die zich had laten vollopen.

Bromfietse

Vooruit, nog een stukje over het ziekenhuis. Nou ja, over dat we op weg waren naar huis. Je stond direct op een kruispunt met stoplichten. Eén collega kwam altijd met de brommer uit Heeten (kan die vent ook niet helpen). Dus op een avond op huus an staan wij met de auto naast die collega op de brommer, te wachten bij het rode stoplicht. De collega naast de chauffeur draait het raampje open en pakt met een handomdraai het sleuteltje uit de brommer. En gelijk springt het stoplicht op groen en begint de chauffeur te rijden en de meerijder heeft het sleuteltje van de brommer nog in de hand.
Daar stond de brommercoureur. Midden op het kruispunt in Deventer. Kon niet voor- of achteruit. Heeft zijn broer moeten bellen om te komen met het reservesleuteltje. De volgende ochtend heeft hij de originele sleutel terug gekregen.

Nou det was ‘m wear. Oaver twee wekken goat wie de nieuwbouw in, met völle jenever. En wie goat ok nog beunhaaz’n.

Word supporter van HierinSalland

HierinSalland is voor, maar ook van Salland. Word supporters en ondersteun ons. Door mee te doen of met een kleine bijdrage.

Interessant? Deel het artikel

Meer over

Blijf op de hoogte

Abonneer je op een of meerdere van onze nieuwsbrieven en ontvang elke week een update van de artikelen op Hier in Salland. Om de twee weken verloten we onder de abonnees om en om een pakket uit de biologische boerderijwinkel Overesch en de biologische Supermarkt in het Bos van Kleinlangevelsloo, beiden in Raalte. Bekijk de spelregels.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Blijf op de hoogte

Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang elke week een update van de artikelen op Hier in Salland. Iedere maand verloten we onder de abonnees een pakket uit de biologische boerderijwinkel Overesch in Raalte. Bekijk de spelregels.

Ook interessant

Verkeerd ingesprongen

Lees verder »

Edge Zero

Lees verder »

Arend- Jan Loozeman: Twee mensen

Lees verder »