De tandarts gaat met pensioen. Alweer. Het is al de tweede in mijn leven. Met die eerste was ik wel blij dat ie wegging. Met die tweede ben ik blij dat ie bestond! Hij hielp me over mijn tandartsangst heen.
Vroeger reed er een grote grijze Bedfordbus het schoolplein op en dan wist je dat je vroeg of laat een keer dat uitschuifbare trapje van die zijdeur op moest. Naar de schooltandarts. In mijn herinnering had die bus twee antenneachtige uitstekels links en rechts op de voorbumper, met knalrode bolletjes erop. Er liep voortdurend met bloed doordrenkt spoelwater onderuit. En een klein, kalend manneke met een stapel bruine persoonsdossiers bewoog af en toe door de gang op weg naar de klas die aan de beurt was. Ik heb daar het alfabet geleerd tot aan de K, want dan was ik aan de beurt. Een I en een J hadden we niet aan achternamen in de klas, weet ik nu nog steeds, maar wel een H, die was voor me en had ieder half jaar meer gaatjes dan tanden. Samen ‘mochten’ we dan de bus in. En ik maar wachten tot ik aan de beurt was, of eigenlijk tot mijn beurt voorbij was.
Alleen die tandarts was al reden zo snel mogelijk van de lagere school af te komen, dat was nog erger dan dat ik me boven naar de apenrots moest vechten toen ik wegens een verhuizing het nieuwe jongetje in de klas werd.
Op de middelbare school fietsten we nog een keer of drie met de hele familie tegelijk naar tandarts Gelhard aan de BK-straat in Raalte, maar toen die met pensioen ging, waren mijn ouders het zicht een beetje kwijt op wie er wel en wie er niet naar de halfjaarlijkse controle ging. Ik niet, twee keer ik niet: ik was dat zicht niet kwijt en ik ging niet meer naar die halfjaarlijkse controle.
Maar ja, dan krijg je twintig jaar later toch een keer problemen. Dus ik op zoek naar een alternatief. Bij Rohda had je toen ‘t 8ste, een voetbalteam met nozems die rugnummers droegen als ‘378’. Eentje daarvan was tandarts en zijn haardracht verried dat hij geen kappers in de kennissenkring had. Mijn geheugen heeft uitgewist hoe ik de moed verzamelde voor een afspraak, maar op enig moment zat ik in de wachtkamer. Van de verkeerde praktijk… daar kwam ik achter toen de schoonmaakster vrolijk fluitend met een stofzuiger binnen kwam en verschrikt opkeek dat er nog iemand zat te wachten. Ik moest aan de Deventerstraatweg zijn, maar zat peentjes te zweten aan de Oude Deventerstraatweg. Het huisnummer klopte ook al niet.
Toen ik in paniek mijn tandarts in spe belde zei hij lachend “ja hoor, ik heb straks nog wel een gaatje. Jij ook”?
Bij foto raak ik weer helemaal in de stress. Als 10- jarige rende ik bij de tandarts naar buiten toen ik deze verschrikkelijke apparatuur zag! Die boor had wel het voordeel dat hij zo’n hoog gierend geluid maakte dat je het gegil van de geteisterde kindjes niet hoorde.