Vandaag van Saint Michel naar Chiney, even voorbij Dinant en dus al in België. Het wordt een koelere dag, Gisteren toen ik fris en fruitig na een dag tropisch fietsen onder de douche vandaan stapte begon het te regenen en die bui hield er een uur voor vertrek de volgende dag weer mee op.
Nu had ik voor de zekerheid ook een lange broek, een sportjasje en een regenjack mee op de bagagedrager, maar als het dan alleen ’s nachts regent heb je dat allemaal niet nodig. En zo was het, die nachtelijke bui was – mijn zweetdruppels daar gelaten – de enige regen die ik meemaakte. Hij had de atmosfeer redelijk afgekoeld. Maar hij had de wind ook gedraaid. Of was de regen nou gekomen omdat de wind draaide. Die vraag heeft me kilometerslang bezig gehouden. Als je alleen bent, doen je hersenen rare dingen.
Die wind. Toen ik mijn fietsplannen voorbereidde leek me Parijs-Salland wel de beste optie, anders had ik de hele weg wind tegen, want wind komt meestal uit het westen. Behalve dan na mijn tweede fietsdag. De resterende 500 kilometer moest ik tegen de wind in…
Precies om die reden hield ik me kilometerslang bezig met de vraag of de regen de wind keerde of de wind regen bracht. Want je wil voorkomen dat je de hele tijd denkt dat je nog 500 kilometer tegen de wind in moet… Ik ging op enig moment ook onderzoeken hoeveel keer ik rond trapte voordat er een volgend reflectiepaaltje langs de weg stond, hoeveel meter een pedaalomwenteling zou zijn in de versnelling die ik het meest gebruikte. Ik vroeg me zelfs af of ik nu over de aarde reed of dat de aarde onder me doorrolde.
Daar kun je je zelf zo maar uren mee bezig houden. Mijn hersenen wekten inmiddels zo tegendraads dat ik de vele Belgische nummerplaten op de auto’s verkeerd interpreteerde. Wat een boel Belgen hier in Frankrijk, dacht mijn hoofd. En wat gek dat die ook met enige regelmaat Belgische vlaggen ophangen. Totdat ik besefte dat ik een grens was overgegaan. Niet psychisch, van permanent in de war, maar fysiek: ik was gewoon in België. Achteraf bleek Saint Michel helemaal niet zo ver van de grens te liggen, en lag mijn eindbestemming vandaag al behoorlijk diep België in.
Achteraf kon ik me ook wel voorstellen waar de overgang geweest moet zijn. Ik fietste op een Rafel, dat is een lange-afstands-fietspad waar ze er in Frankrijk en België heel wat van hebben. Die gaan over oude spoorlijnen. Bij iedere voormalige spoorwegovergang is het pad half afgezet, om te voorkomen dat je zo maar oversteekt. De trein mocht dat vroeger, maar de voorrangsregel is omgedraaid nu er fietsers over het spoortraject gaan.
Een zo’n oversteek was niet half, maar helemaal afgezet. Je moest er even voor door de berm. Daar moet de grens geweest zijn.
Goed om te weten voor als landen zich nog eens afsluiten wegens corona. Daar kun je de grens nog wel over.