“Echt iets voor mensen kunnen betekenen. Aan hoe mijn vader zijn werk als fysiotherapeut deed, heb ik het beeld overgehouden dat zorg zo zou moeten zijn”, begint Chantal Walg. Haar vader was naast fysiotherapeut ook een beetje maatschappelijk werker. “Hij kon een luisterend oor bieden, een hart onder de riem steken en draaide ook wel eens een lampje in.”
Door Marije Remmelink
Als Chantal jaren later met dat beeld zelf als verpleegkundige start, komt ze al snel van een koude kermis thuis. Gezondheidszorg is geen gezondheidszorg, maar ziektezorg, ziet ze. “Ik had het idee dat we echt alleen maar met het behandelen van de klacht bezig waren. Er moet zoveel gedaan worden, je moet zoveel registreren en er zijn zoveel regels. Dan lukt het soms gewoon niet om er écht voor mensen te zijn.
Het doet Chantal beseffen dat haar werk als verpleegkundige niet bij haar past. Het voelt soms ook als water naar de zee dragen. “Ik wil eigenlijk veel eerder iets doen. Mensen ondersteunen of laten weten wat ze kunnen doen om niet ziek te worden. Of hoe ze stress kunnen voorkomen – door stress stoppen mensen namelijk moeilijker met slechte gewoontes. Dat ben ik uiteindelijk gaan doen.”
Klem in het systeem
Niet alleen in haar werk als verpleegkundige, maar overal in de gezondheidszorg ziet Chantal dat we veel te veel gefocust zijn op repareren en die ene klacht behandelen. Maar soms is een klacht chronisch of te complex. Dan is het vaak meer helpend om te vragen wat iemand graag wil, wat belangrijk is en waar iemand naartoe wil. Zo ontdek je andere wensen. Die uiteindelijk ook bij kunnen dragen aan het verminderen van die klacht.
“Maar ons systeem is niet zo ingericht”, legt Chantal uit. “Een huisarts heeft namelijk maar negen minuten om de hulpvraag uit te horen. Daardoor durfde een huisarts waarmee ik veel heb samengewerkt op een gegeven moment niet meer te vragen hoe het met iemand ging. Hij was bang dat hij dan een te lang antwoord kreeg en zijn negen minuten dan voorbij waren. Dat is natuurlijk niet wat je wilt – als professional en als zorgvrager.”
Ze snapt wel dat steeds meer huisartsen er de brui aan geven. Die zien wat er nodig is en dat dat niet gerealiseerd kan worden binnen het systeem. “Een andere huisarts maakte daar een mooie opmerking over: ‘Wij zíjn het systeem’, zei hij. ‘Als wij niks doen, verandert er niks.’ Het is natuurlijk een hele zware taak om dat systeem mee te krijgen. Het vraagt om het loslaten van heel veel zaken. En durven vertrekken vanuit gezondheid, vanuit een andere bedoeling. Namelijk: ons niet vasthouden aan alles wat er moet, maar zien wat we ontmoeten als we op deze manier gaan werken. Weet als zorgprofessional ook dat er meer mensen zijn die hier mee bezig zijn. Je bent niet alleen. Blijf trouw aan jezelf en zoek medestanders. Er is echt een hele beweging aan de gang.”
Gezondheid als vertrekpunt
Als je gezondheid als vertrekpunt neemt, verandert de hele gezondheidszorg, voorspelt Chantal. (Lees hierover meer in Chantals boek ‘Gezond centraal. Opschudding in de gezondheidszorg‘.) Gezondheidszorg begint bij het creëren van een gezonde en sociale basis voor iedereen, bij dat je een fijn leven kan leiden. Bewegen, natuur en welzijn op recept, het zijn allemaal recepten die nu vanuit de huisartsenpraktijk worden uitgeschreven. “Mooi dat we daar naartoe gaan, maar het is toch eigenlijk te gek voor woorden dat we niet al heel jong leren dat de natuur goed voor ons is? Dat je mindfulness-oefeningen leert als je gestresst bent, en weet dat vrienden hebben hoort bij gezond zijn?”
Daarbij: hoewel Chantal preventie een stap in de goede richting vindt binnen de ziektezorg, ligt daarin alsnog het voorkomen van ziek worden. “Als je echt gaat kijken naar wat er nodig is, dan begint dat bij het creëren van een gezonde basis. Vanuit perspectief kijken, wat heb je nodig om een fijn leven te leiden. Dat betekent ook dat je zorgt dat die bestaanszekerheid er is. En dat mensen levensvaardigheden krijgen, zodat ze de goede keuzes kunnen maken. Want anders blijven we water naar de zee dragen, blijven we symptomen bestrijden, blijven we brandjes blussen.”
Dit begint in de zorg volgens Chantal al met het gesprek dat huisartsen, verpleegkundigen, verloskundigen en fysiotherapeuten zouden moeten voeren. “Daarbij zoomen ze niet meteen in op de klacht, maar kijken ze naar wat er echt belangrijk is voor de persoon die bij hen komt. Erken de klacht, schenk er aandacht aan, en vraag daarnaast hoe het gaat en wat er nog meer belangrijk is. Wat wil je nog meer? Waar zit de kracht van mensen? En soms is dat iets heel anders dan waar een professional aan denkt. Zo gaan we van ziektezorg naar gezondheidszorg.”
Positieve Gezondheid
Positieve Gezondheid helpt zorgprofessionals de hele mens te zien. De bredere benadering van Positieve Gezondheid gaat over het vermogen van mensen om met de fysieke, emotionele en sociale uitdagingen in het leven om te gaan. Het gaat over aanpassingsvermogen. Én om zoveel mogelijk eigen regie te voeren. Chantal: “Het helpt ook om te erkennen dat een mens niet zijn ziekte ís maar een ziekte hééft. En daarnaast nog heel veel andere dingen is en heeft. Iets hebben om voor op te staan, genieten en balans ervaren, je grenzen aangeven, naar school kunnen. Dat hoort allemaal bij de aspecten van dat brede concept van gezondheid dat we Positieve Gezondheid noemen. We hopen hiermee dat uiteindelijk iedereen die grote holistische kijk gaat toepassen. En dat we breed kijken naar gezondheid ook als vertrekpunt nemen.”
“Idealiter zou je naast lezen en schrijven, rekenen en begrijpend lezen ook begrijpend leven aan moeten bieden”
Begrijpend leven
Zorg voor onze gezondheid begint eigenlijk nog eerder dan in de huidige zorg. Daar kunnen we wat betreft niet vroeg genoeg mee beginnen. Daarom pleit ze ervoor kinderen al vroeg te leren wat gezondheid is, hoe je zelf gezond kan zijn en kan blijven. “We leren heel veel op school, maar de vaardigheid om je leven te leiden, de regie te pakken, dat je weet wat vertrouwen is en wat erbij horen of serieus genomen worden betekent, het belang van dankbaar zijn, daar zouden kinderen meer les in mogen krijgen. Eigenlijk zou je naast lezen en schrijven, rekenen en begrijpend lezen ook begrijpend leven aan moeten bieden. Dat het hebben van vrienden en een doel in je leven, genieten, maar ook de balans tussen rust en activiteit allemaal bij gezondheid hoort.” Om hieraan bij te dragen schreef Chantal het boek ‘Anders op zoek naar gezondheid’, dat bedoeld is voor kinderen, maar waarvan Chantal ook hoopt dat ouders of docenten het lezen met hun kinderen en het gesprek erover aangaan.
Waar het samenkomt: liefde
Chantal: “Ik geloof heel erg dat als je als mens lekker in je vel zit en weet waar je voor staat en contacten hebt met anderen, dat je dan ook veel meer kan betekenen voor je omgeving, en hier meer de waarde van in ziet en voelt. Ik denk dat bij velen het hoofd en de handen wel verbonden zijn, maar het hart nog niet echt meedoet. En dat is volgens mij de rode draad in de uitdagingen waar we als samenleving mee te maken hebben. Uiteindelijk gaat het allemaal om: liefde. Liefde voor jezelf, voor de ander en voor de Aarde.”
“Ik ben een idealist,” bekent Chantal, “dus mijn ideaalbeeld zou zijn dat we er gewoon veel meer voor elkaar zijn en dat er meer vertrouwen is. Ik denk dat als er meer verbinding is, de goede zaak zich gaat vermenigvuldigen. Alles wat je aandacht geeft groeit. Dat is mijn hoop.”
Meer weten over hoe Chantal Walg zich inzet voor de transformatie in de zorg vanuit Positieve Gezondheid? Bekijk haar videoportret:
Bron: MaatschapWij