Veel Sallanders scharen zich achter de oproep van Salland Zoemt om te stoppen met gangbare teelt van bloembollen. Daar moeten zo veel bestrijdingsmiddelen overheen, daar lijkt Salland zo langzamerhand wel van af te willen, al helemaal omdat de bollen niks met voedselproductie te maken hebben.
Reacties
Salland Zoemt kreeg veel bijval op haar standpunt. Omdat bloementeelt niks met voeding te maken heeft bijvoorbeeld. Maar ook dat tussen Nieuw-Heeten en Haarle de bollenteelt almaar groter wordt, aan de voet nota bene van de Sallandse Heuvelrug. En waarom er op die velden geen graan verbouwd wordt, nu we daar vanwege de Oekraïne een tekort aan dreigen te krijgen.
Er is qua bloembollen zelf ook wel degelijk een alternatief? Want zo in het voorjaar genieten van mooie bloemen in tuin en op vaas is ook wel wat waard. Ja: John en Johanna Huiberts telen biologische bloembollen.
De eerste vraag is dan: kan dat uit?
John Huiberts: “Goedkoop bestaat niet, dat gaat altijd ten koste van iets. Denk aan goedkope kleding, dat kan alleen maar vanwege kinderarbeid. Als iets (te) goedkoop is draait de werknemer er voor op. Of in het geval van de bloementeelt, daar betaalt de natuur en de bodem de prijs.” Maar de samenleving staat er meestal helemaal niet bij stil hoeveel bestrijdingsmiddelen een bos bloemen of een zakje goedkope tulpenbollen bevat.
“Ziektes bleven steeds weer de kop opsteken”
John en Johanna Huiberts was het duidelijk geworden dat niet alle ziektes en plagen met chemische middelen bestreden kunnen worden. “Ziektes bleven steeds weer de kop opsteken. Het werd tijd voor een andere kijk op de bollenteelt: met de natuur samenwerken in plaats van de natuur bestrijden.” Ze stapten in 2013 over op biologische bollen omdat dat puur natuur is. Er komen geen chemische middelen en kunstmest aan te pas. “Dat is beter voor mens en dier, en dus voor onze wereld. We zien dat ook aan de bodem. Die heeft zich na de omschakeling weer hersteld. Het organische stofgehalte is verdubbeld. Ons uitgangspunt is: gezonde bodem geeft gezond gewas.
Onze biologische tulpen, narcissen, krokussen en vele bijzonder bolgewassen blijken ook aantrekkelijk zijn voor bijen, hommels, vlinders en andere insecten. Die hebben het moeilijk in een wereld waar veel gespoten wordt. Op onze biologische velden zijn ze veilig en kunnen ze genoeg gezond voedsel vinden. Het hele jaar door, eerst eten ze na de winterrust van onze bio krokussen. Later volgen de botanische tulpen, boshyacinten en veel andere gewassen als voedsel.
Geen bladluizen meer
“Interessant is dat wij nagenoeg geen bladluizen in onze gewassen hebben. Dat komt doordat wij geen kunstmest gebruiken. Door kunstmest worden gewassen juist extra aantrekkelijk voor bladluizen. De biodiversiteit op onze velden levert ook schuilplaats aan natuurlijke vijanden van de bladluis.”
“Als het in de bodem goed zit, komt het ook goed met de gewassen boven de grond. Doordat wij geen bestrijdingsmiddelen gebruiken, zijn in ons land ook veel spinnetjes, kevertjes en andere insecten. Die vormen weer samen met de wormen gezond voedsel voor vogels en hun jongen. Voor jonge veldleeuweriken en jonge patrijzen zijn deze diertjes van levensbelang. De vele veldleeuweriken die hun lied hoog boven onze velden zingen, laten zien dat het bij ons goed gaat met de natuur.
Patrijzen zijn weer terug
Het is prachtig om een patrijzenpaartje met hun jongen te zien opvliegen tijdens een wandeling door ons land. Vele gele kwikstaarten hebben hun nesten op onze percelen.
Als wisselteelt hebben wij elk jaar weer een perceel ‘wintervoedselakker’ met granen, zonnebloemen en andere zaaddragende gewassen. De zaden worden niet geoogst zodat er in de winter voedsel aanwezig is voor zaadetende vogels. We zien dan ook grote aantallen putters, veldleeuweriken, vinken, keepen, graspiepers, kneu en enkele fazanten foerageren.
Een torenvalkpaartje en hun jongen houden op onze velden de muizenstand onder controle. ” Reden genoeg voor de Agrarische Natuurvereniging om John in 2018 te kiezen tot Vogelvriendelijkste Agrariër.