Zijn de boeren te porren voor natuurinclusieve landbouw? Volgens Raaltenaar Ben Haarman wel. Hij is portefeuillehouder Natuur- en landschapsontwikkeling bij LTO Nederland en voorzitter van LTO Noord Regio Oost. Als boer teelt hij voedselgewassen voor een biologische geitenboerderij.
Problemen met stikstof, protesten rond eiwit in veevoer, trekkers bij het Binnenhof… Als boeren in het nieuws komen is dat zelden als enthousiast natuurbeschermer?
Door Paul Q. De Vries
‘Onlangs is onderzocht dat 76 procent van de boeren al in enige vorm actief is met natuurinclusieve landbouw. Maar er is een bepaald beeld ontstaan in de media. De wil is er, maar die loopt nu vaak vast op de polarisatie en het gebrek aan nuance in het debat.’
Welke nuance is nodig?
‘Neem de bestrijdingsmiddelen. Dat kan wellicht minder, maar weet ook dat Nederland in Europa helemaal onderaan staat wat betreft het gebruik ervan. Of neem de kritiek over het verschepen van onze landbouwproducten over de hele wereld, wat natuurlijk niet duurzaam is. Maar zo’n 80 procent van de export blijft binnen 700 kilometer van Nederland. Je moet het hele verhaal vertellen.’
Wat wil de boer in dat verhaal?
‘Hij wil perspectief op een rendabel boerenbedrijf. Zekerheid dat de wet morgen niet ineens heel anders luidt dan vandaag. Hij wil de tijd krijgen; een bedrijf omvormen duurt vijf tot tien jaar en gaat soms met kleine, weinig zichtbare stappen. Hij wil het vertrouwen van de politiek en de samenleving dat hij echt wel wil meebewegen in de transitie naar natuurinclusieve landbouw. We moeten met elkaar in gesprek hoe we die vormgeven.’
Waar moeten we het in dat gesprek zeker over gaan hebben?
‘We moeten van elkaar leren en voor de slimste oplossingen kiezen. Je ziet nu bijvoorbeeld dat waardevolle landbouwgrond gebruikt wordt voor zonneparken. Maar we hebben nog ruimte zat op de Nederlandse daken, en daarbij levert één windmolen net zo veel energie op als 10 hectare zonnepanelen. Ook is het slim om te focussen op de bodem. Een gezonde bodem met veel leven, zoals wormen en insecten, is de basis voor biodiversiteit en voor productieve landbouwgrond, houdt water vast en bindt koolstof. Met de juiste focus dien je tegelijkertijd de belangen op het gebied van biodiversiteit, Natura 2000, klimaat, water én landbouw.’
Wie gaat uiteindelijk zo’n transitie naar natuurinclusieve landbouw betalen?
‘De consument heeft een rol, maar je kunt niet alles doorbelasten. De overheid heeft een rol, maar je kunt voor de lange termijn ook niet alles met subsidies oplossen. Verpachters van grond kunnen een lagere pacht rekenen bij agrarisch natuurbeheer, waterschappen kunnen ook dat soort stappen zetten. Uiteindelijk moet er een betere prijsverdeling komen in de hele keten van de akker tot het bord. Het zou ook helpen als we dezelfde eisen zouden stellen aan voedselproducten die we importeren als aan onze eigen producten.’
Ook hier weer een goed gesprek dus?
‘Een gesprek zonder verdachtmakingen en waarbij we elkaar niet telkens in een hoek drukken. De boer kan een schakel zijn tussen stad en platteland en natuur. Hij is een medestander in de natuurinclusieve landbouw, geen tegenstander.’
Lees hier een uitgebreide brochure over natuurinclusieve landbouw.
Dit artikel is overgenomen met goedkeuring van Mens&Natuur.